De tandarts heeft na het volgen van deze bijscholing:

• Inzicht in het proces van knarsen bij kinderen
• Kent en herkent de predisponerende factoren van knarsen bij kinderen
• Kan een correcte anamnese/diagnostiek uitvoeren bij kinderen met bruxisme en TMD klachten
• Kennis over de therapiemogelijkheden; weet wat de indicatie voor splint is, weet wat te doen bij slijtage (blijvende) incisieven en molaren, is bekend met opbouw cuspidaten, inzicht in gedragscomponent en effect van beugel op knarsen.
• Handvatten om ouders van kinderen die knarsen te begeleiden.
• Inzicht in wanneer een kind met bruxisme /TMD klachten door te verwijzen naar een logopedist of orthodontist.
• Kennis in de prevalentie en incidentie van eruptiestoornissen.
• Kan afwijkingen (eruptiestoornissen) herkennen, weet wat normaal is en wat afwijkend.
• Heeft handvatten om goed te kunnen signaleren wanneer doorverwijzing nodig is en kan bepalen met welk doel, wanneer een (rontgen)foto gemaakt moet worden.
• Kan uitleg geven, vb. n.a.v. een gemaakte foto, aan het kind en/of ouders.
• Heeft inzicht in wat de orthodontist kan en doet bij eruptiestoornissen en kan bepalen wanneer overleg met een orthodontist nodig is.