Logopedie bij kinderen met schisis

Deze training is ontwikkeld voor logopedisten die kinderen met een schisis behandelen. Het komt in de praktijk vaak voor dat een logopedist een tijd lang geen kinderen met schisis behandelt en dan ineens weer één of meer. Doordat deze behandelingen minder frequent voorkomen, is het soms lastig om uw kennis en vaardigheden op dit terrein bij te houden. Er is in de training aandacht voor de opbouw van de logopedische behandeling en wat de behandeling van een kind met schisis onderscheidt van de behandeling bij kinderen met andere spraakproblemen. Kortom een zéér leerzame en inspirerende dag!

Programma
De training is zeer praktisch van aard en richt zich op het kunnen onderscheiden van verschillende klankplaatsingsfouten en de verschillende vormen van hypernasaliteit, zodat u deze zelf ook kunt onderscheiden en beter begrijpt waar u de behandeling op moet richten. Daarna komt er veel praktische informatie over de logopedische behandeling, zowel in het algemeen als specifiek bij verschillende klankfouten. De theorie wordt afgewisseld met praktische oefeningen en beeldmateriaal, zodat u heel concreet met verschillend behandelmateriaal aan de slag kunt.

Beschrijving programma
Logopedisten krijgen in één scholingsdag inzicht in de verschillende klankfouten die kinderen met een schisis maken. Daarna krijgen ze veel praktische informatie over de logopedische behandeling. Zowel algemeen als specifiek bij de verschillende klankfouten. Theorie wordt afgewisseld met praktische oefeningen en beeldmateriaal. Ook is er aandacht voor de opbouw van de logopedische behandeling en wat de behandeling van een kind met een schisis zo anders maakt dan de behandeling bij kinderen met andere spraakproblemen.

Leerdoelen

• 1. De cursist kent de verschillende compensaties die een kind met een schisis kan maken.
  • a. De cursist kent het verschil tussen hypernasaliteit en compensaties qua klankplaatsing.
  • b. De cursist kent de verschillende klankplaatsingsfouten, zoals palatalisatie/retractie, backing, pharyngeale fricatieven, glottale versterkingen en glottisslagen.
  • c. Bij het beoordelen van een opname kan de cursist de klankfouten/compensaties benoemen.
• 2. De cursist weet welke stappen in de logopedische behandeling nodig zijn om een kind met schisis te behandelen.
  • a. De cursist kent de algemene behandelprincipes voor de logopedische behandeling van een kind met schisis.
  • b. De cursist weet welke opbouw nodig is in de logopedische behandeling, zowel de opbouw in het komen tot een correcte klankproductie als het opbouwen van de klankproductie naar spontane spreekniveau.
  • c. De cursist gebruikt verschillende werkvormen in de logopedische behandeling