Coördinatievaardigheden kunnen ingedeeld worden in verschillende deelfacetten. Denk maar aan: algemeen dynamische coördinatie, bilaterale coördinatie, manuele coördinatie, ooghandcoördinatie, enz. Er zijn voldoende tests voorhanden om de sterktes en zwaktes van een kind te bepalen. Voor het trainen zijn we meestal aangewezen op onze eigen creativiteit. Het is daarbij altijd zoeken naar een evenwicht tussen oefening en motivatie.

Deze workshop vertrekt vanuit een theoretisch kader. We lichten de verschillende coördinatievaardigheden toe en plaatsen ze in een ruimer ontwikkelingsbeeld. Tijdens de voormiddag wordt de grove motoriek nader toegelicht; in de namiddag komt de coördinatie van de bovenste ledematen en de bimanuele coördinatie, met o.a. het leren aanvoelen van de voorkeurhand en voorkeurkant en het soepel overkruisen van de middellijn, aan bod. In beide delen wordt er tijd voorzien om een of meerdere casestudies te bespreken en daarna wordt een groot aanbod aan oefeningen getoond, waarmee je achteraf onmiddellijk aan de slag kunt. Het accent ligt niet alleen op motoriek, maar de combinatie tussen motoriek en executieve functies, zoals concentratie, inhibitie, regulatie en organisatie, komt zeker ook in de kijker.  

Tot slot stellen we een koffer voor met nieuw en origineel oefenmateriaal voor bimanuele coördinatie. Deze kan ter plaatse worden uitgeprobeerd en eventueel aangekocht.

Leerdoelen:

Een basiskennis van de normale motorische ontwikkeling van kinderen van 0 tot 16j, de nodige tests kennen om het vaardigheidsniveau te kunnen bepalen en enige ervaring in het behandelen van kinderen in een brede context.

Wat kennen en kunnen?

Na verloop van de cursus zou de cursist zelfstandig zijn therapieplan m.b.t. trainen van coördinatievaardigheden kunnen opstellen en verrijken.