Algemene inleiding
In de fysiotherapeutische praktijk is kennis van de inspanningsfysiologie een basisvereiste om gericht adaptatie processen te bewerkstelligen in de verschillende fysiologische systemen.
Inspanningsfysiologische wetmatigheden zowel bij de energie leverende processen alsmede bij de trainingsprincipes zijn bij alle populaties die gerelateerd zijn aan de fysiotherapeutische praktijk toepasbaar. Zowel bij sporters als bij personen met een chronische aandoening is kennis van de inspanningsfysiologie een voorwaarde om gericht interventies te kunnen toepassen en klinimetrische gegevens doelgericht te kunnen gebruiken.
In deze cursus worden de basisprincipes van de inspanningsfysiologie gericht op de fysiotherapeutische praktijk behandeld. Tevens wordt aandacht besteedt aan de meest voorkomende (fysiotherapeutische) klinimetrie voor het aeroob en anaeroob uithoudingsvermogen. Aan de hand van casuïstiek wordt toegelicht en geoefend hoe een trainingsschema op basis van inspanningsfysiologische doelen specifiek voor chronische aandoeningen (DMII, obesitas, artrose en hartfalen) kan worden opgezet. Nu ook aandacht voor training en long COVID.
Algemene Doelstellingen
De deelnemer kent:
Het verschil tussen fysiologie en inspanningsfysiologie
De verschillende trainbare systemen
De grondmotorische eigenschappen
De verschillende metabole systemen
De kenmerken van de (anaerobe) glycolyse en oxidatieve fosforylering
De verschillen in de trainingskeer tussen vermogen en capaciteit
Pathofysiologie van de chronische aandoeningen
Fysieke klinimetrie en de interpretatie hiervan
Trainingsprincipes uit de inspanningsfysiologie en trainingsleer
Spierfysiologie alsmede de spierkrachtschema’s
De deelnemer kan:
De besproken klinimetrie uitvoeren en interpreteren
Aan de hand van casuïstiek een trainingsschema opzetten met inspanningsfysiologische doelen specifiek voor chronische aandoeningen
Scholing Zuid-Limburg