Leerdoelen
Algemeen doel van de verdiepingscursus is om deelnemers vaardig te maken in het analytisch en flexibel toepassen van ACT processen, gekaderd in een ACT consistente en gedragstherapeutische casus conceptualisatie bij cliënten/patienten met problemen in het omgaan met problematische gedachten, gevoelens en sensaties. Ook bijvoorbeeld in het omgaan met een somatische aandoening. Een prominent deel bestaat uit het leren maken van functie-analyses van probleem gedrag, het maken van casus conceptualisaties en het verrichten van rollenspelen. Ook krijgen de deelnemers onderricht in de leerprincipes van gedragsverandering, Relational Frame Theory en het maken van functie analyses. 
Zij ontvangen training in
a. het waarnemen van gedragspatronen bij cliënten
b. het opmerken van de functie van het cliëntgedrag
c. het maken van functie analyses
d. het toepassen van de ACT processen aansluitend op functie analyses
e. het faciliteren van een flexibeler gedragsrepertoire bij hun cliënten

f. het formuleren van hypotheses

g. het opstellen van een behandelplan