Peronniek, een sprookje uit Bretagne
Peronniek, levensgenieter en levend in het nu, raakt betrokken bij de weg die leidt naar de duistere tovenaar Rogear. Hij ontmoet een ridder die hem vertelt dat deze tovenaar een schaal van goud en de lans van diamant verborgen houdt. De schaal heeft de gave zieken en zwakken te genezen. De lans is trefzeker.Peronniek hoort over de zeven beproevingen die de zoeker te wachten staan:
Eerst moet je door het woud der gevaren gaan,waar toverwezens je naar het leven staan,Dan komt de dwergdie een appelboom bewaakt.Hij bezit een vurig zwaardPluk een appel uit die boomdat wordt de tovenaar zijn loon.Vindt daarna de bloem die lachteen leeuw bewaakt haar dag en nacht.Vervolgens doorkruis je de zee met drakendie je het leven zuur zullen maken.Daarna komt de reus met zes alziende ogenhij draagt een ijzeren kogel ronddie vele mensen heeft verwond.Het dal der verzoekingen zul je dan nog betredenhier zijn al velen uitgegleden.Tot slot wacht een vrouw in zwart gewaad,zij zal je helpen en zeggen hoe het verder gaat.
Gaandeweg wordt het graalmotief in het sprookje zichtbaar.