Leerdoelen Inwerkprogramma Screeningsradiologen

Na afloop van het inwerkprogramma:

• Kan de deelnemer uitleggen welke keuzes en overwegingen ten grondslag liggen aan de huidige opzet van het screeningsprogramma.
• Kan de deelnemer uitleggen waarom we in Nederland screenen op borstkanker.
• Heeft de deelnemer inzicht in de balans tussen de voor- en nadelen van de borstkanker screening.
• Kan de deelnemer beschrijven hoe de screening in Nederland georganiseerd is (o.a. alleen mammografie, diagnostiek geen onderdeel van screening, double reading, laag verwijscijfer, rol LRCB).
• Kan de deelnemer de informatie uit de monitoring en de evaluatie van de Nederlandse borstkankerscreening interpreteren.
• Begrijpt de deelnemer de definities van de indicatoren,
• Begrijpt de deelnemer de onderliggende relaties tussen de verschillende indicatoren,
• Begrijpt de deelnemer wat de beoogde balans is tussen de indicatoren.
• Kan de deelnemer de huidige waarden van de indicatoren, gepubliceerd in de monitor, interpreteren.
• Kan de deelnemer de evaluatie van lange termijn resultaten uit de landelijke evaluatie interpreteren.
• Begrijpt de deelnemer hoe de uitvoering en de resultaten van de Nederlandse screening zich verhouden tot andere screeningsprogramma’s in de wereld.
• Is de deelnemer op de hoogte van de nieuwste technische en medische ontwikkelingen die van betekenis kunnen zijn voor het bevolkingsonderzoek borstkanker.
• Is de deelnemer in staat om voor zichzelf te beoordelen welke condities voor hem/haar van belang zijn op optimaal te kunnen screenen.
• De deelnemer heeft inzicht welke condities voor hem of haar bijdragen aan optimale concentratie / focus tijdens het screenen (pauzes, geen telefoon etc.).
• De deelnemer kan benoemen welke technische en omgevingsfactoren voor hem of haar het beoordelen van mammogrammen kan optimaliseren (hanging protocol, verlichting etc.).
• Kan de deelnemer uit de beeldkwaliteit (technisch / insteltechnisch) van een screeningsonderzoek afleiden welke actie hij/zij moet ondernemen.
• Kan de deelnemer beoordelen of een mammogram aan de kwaliteitscriteria van het LRCB met betrekking tot  de insteltechniek voldoet (inclusief compressie en additionele opnamen).
• Kan de deelnemer beoordelen wanneer welke additionele opname gemaakt moet worden.
• Kan de deelnemer visueel beoordelen of de technische beeldkwaliteit van een mammogram (artefacten, belichting,  beeldbewerking, prothesen) afdoende is.
• Weet de deelnemer welke acties hij / zij moet ondernemen bij de verschillende problemen met de beeldkwaliteit (fotobespreking, inlichten Fysische Groep LRCB).
• Is de deelnemer in staat mammogrammen te beoordelen volgens het stappenplan ‘Systematisch Screenen’.
• Kan de deelnemer in een screeningssetting afwijkingen lokaliseren op een mammogram.
• Kan de deelnemer afwijkingen op het mammogram interpreteren.          
• Kan de deelnemer een beslissing nemen om wel of niet te verwijzen op basis van de kans dat het om een maligne afwijking gaat, waarbij hij/zij zich ervan bewust is dat discrepanties onvermijdelijk zijn.
• Kan de deelnemer afwijkingen categoriseren volgens de BI-RADS-criteria.
• Is de deelnemer in staat de op dat moment geldende procedures toe te passen rond het beoordelen van het mammografieonderzoek, signaalfunctie MBB’ers, afhandeling discrepanties, brieven, protheseregel, nevenbevindingen, huisarts, juridische aspecten etc.
• Kan de deelnemer bevindingen uit het follow-up traject van verwijzingen vanuit de screening interpreteren.
• Weet de deelnemer op welke wijze de diagnostiek aansluit op de screening (o.a. BI-RADS 0-route, terugkoppeling resultaten).
• Weet de deelnemer hoe hij / zij kan voldoen aan de eisen die verbonden zijn aan het kunnen werken als screeningsradioloog in het bevolkingsonderzoek borstkanker (kwaliteitsregister)?
• Weet de deelnemer op welke wijze hij / zij feedbackgegevens kan interpreteren en vertalen naar persoonlijk prestatieverbeteringen.