Doel training
Gesprekvoeren over het levenseinde (ACP)
Benodigde ingangskennis voor deelname: 
- Een keer de landelijke leidraad ACP gelezen hebben
- kennis hebben van het uniforme format vastleggen ACP
- Kennis hebben van het gebruik van de Clinical fraility scale voor triage.

Inhoud training
3 Maal een online trainingsessie, gericht op oefenen in het contact met patiënten, naasten en huisarts: 
- In sessie één oefenen we met de communicatie rond patiënten waarin je wat sturend moet zijn. 
- In sessie twee oefenen we met de communicatie rond patiënten waarin je wat volgend moet zijn. 
- In sessie drie oefenen we met de communicatie rond patiënten waarin je wat gidsend moet zijn. 

Naast het oefenen bieden we theorie aan over:

• Wanneer je het gesprek aan kunt gaan bij mensen met een specifiek ziektebeeld (dementie, kanker, kwetsbaarheid etc)
• Waar het gesprek over zou moeten gaan. Naast een behandelwensen formulier mag het ook gaan over bijvoorbeeld waar wil iemand sterven? Of de vraag of iemand nog iets wil afronden of nalaten?
• Hoe kom je in gesprek als de client het er liever niet over heeft?
• Hoe kom je in gesprek als de cliënt zegt alles al te hebben geregeld?
• Hoe krijg je zicht op het juiste moment om het gesprek aan te gaan?
• Etc.

Natuurlijk is eigen casuïstiek welkom als bronmateriaal! We werken met een acteur. 

Duur per trainingsessie
Anderhalf uur. We werken met subgroepen en kijken en luisteren plenair naar de uitwerkingen van subgroepen. 

Opbrengst voor deelnemers:
Je hebt na de training meer handvatten om het gesprek over het levenseinde aan te gaan bij verschillende cliënten.
Je weet beter wanneer je het gesprek aan kunt gaan en hoe je dat kunt doen bij de verschillende mensen die je in je werk tegenkomt.
Je weet welke onderwerpen in een gesprek aanbod zouden kunnen/ moeten komen.
je weet hoe je hulpmiddelen als een uniform format ACP kunt gebruiken.
je weet de samenwerking met de huisarts invulling te geven

Deelnemers geven bij de evaluatie aan na de training beter het gesprek aan te durven gaan met patient, naasten als ook de huisarts.