Oefentherapie: hoe betrek je de voetstand bij de houding? Wat is de invloed van de houding op de voetstand?
Bij veel voorkomende voetklachten is de behandeling vooral gericht op externe ondersteuning door middel van schoenen en/of steunzolen. Wij vinden dit symptoombestrijding. Stands- en bewegingsafwijkingen in de voeten werken door naar hoger in de keten. Daarom moeten voeten altijd worden meegenomen in de behandeling. Voeten, voetklachten en voet gerelateerde keten klachten zijn het domein van de fysio- en oefentherapeut.

Inhoud opleiding
De totale opleiding bestaat uit 2 delen. In Voetentherapie: het diagnostische proces (deel 1 -voorheen Wordt Voetentrainer) staat het diagnostische proces centraal. In Voetentherapie: het therapeutische proces (deel 2) behandelen we het therapeutisch proces (betreft deze accreditatie aanvraag). Deel 2 is alleen toegankelijk voor fysio- en oefentherapeuten die deel 1 hebben afgerond.

Leerdoelen
De deelnemer is in staat na een intake en het formuleren van de werkdiagnose en behandelgrootheden (behandeld in deel 1) een behandelplan op te stellen met een systematisch opgezet oefenprogramma.  Leerdoelen voor deel 2 zijn:

• Inzicht hebben in de wetenschappelijke context van oefentherapie voor de voet
• Klinisch kunnen redeneren. Verbanden leggen tussen onderzoeksuitkomsten van voet- en houdingsonderzoek en iemands klacht en dit vertalen naar een oefenprogramma.
• Volgens Evidence Based Practise kunnen werken met oefenprotocollen voor de zeven meest voorkomende voetklachten en bij voet gerelateerde ketenklachten.

Opzet opleiding
De cursist bouwt een digitaal portfolio op waarmee bewijzen worden verzameld om aan te tonen welke competenties (vaardigheden) gedurende de opleiding zijn verworven.

We bieden de opleiding aan als blended learning. De lesstof en werkvormen bestaan onder andere uit:

• Een online leeromgeving (e-learning) voor de theorie (tekst en video’s)
• Community in de online leeromgeving
• Online live lessen
• Twee praktijkdagen in deel 2
• Zelfstudieopdrachten en casuïstiek
• Werkgroepen om een deel van de zelfstudieopdrachten en casuïstiek in interactie met medecursisten te maken (peer learning)

Zelfstudieopdrachten en opbouwen portfolio

De lesstof in de online leeromgeving wordt zelfstandig bestudeerd. Middels zelfstudieopdrachten wordt in 2-tallen gewerkt aan het verwerven van competenties. Met de zelfstudie opdrachten leert de cursist aan de hand van casuïstiek te werken met de oefenprocotollen. Het interpreteren van onderzoeksbevindingen om tot een werkdiagnose te komen en dit weer te vertalen naar een behandelplan, is een belangrijk onderdeel van veel zelfstudieopdrachten.

Het doel van de zelfstudieopdrachten is om:

• Te laten zien dat de theorie begrepen is 
• Het klinische redeneren te oefenen
• Het leren werken met oefenprotocollen

Praktijkdagen
Er zijn twee praktijkdagen waarin casuïstiek uit de eigen praktijk van de cursist centraal staan. Het klinisch redeneren wordt met steeds meer diepgang geoefend en het opzetten van oefenprogramma’s wordt hier aangekoppeld.

Studiebelasting
De studiebelasting is 127,5 uur

Examen
Het examen bestaat uit het uitwerken van 6 casussen met cliënten uit de eigen praktijk en van de mede-cursist. De cursisten werken met proefpersonen om vaardigheden te oefenen. Met foto’s en video opnames wordt dit vastgelegd, met de docent besproken en opgeslagen in het portfolio. De proefpersonen moeten na de intake nog 2 keer worden gevolgd in relatie tot monitoren van de oefentherapie.