Leerdoelen:

Kennisleerdoelen: de deelnemers kennen:

1.      de uitgangspunten van onderlinge toetsing en intervisie

2.      het onderscheid kennen tussen de werkvorm onderlinge toetsing en intervisie

3.      de waarde van het creëren van een veilige leeromgeving

4.      de theorie van basisaspecten van communicatie, feedback geven, vragen en ontvangen

5.      de theorie van reflecteren en de leerniveaus van Bateson

6.      de theorie van ‘4-velden van gesprek’

7.      de theorie van weerstand

8.      verschillende methodieken te gebruiken binnen de onderlinge toetsing en intervisie

9.      de fasering binnen de groepsontwikkeling

Vaardigheidsleerdoelen; de deelnemers zijn in staat:

1.      de onderlinge toetsing en de intervisie vorm te geven

2.      het aanzetten tot een veilige leeromgeving

3.      basisaspecten van communicatie toe te passen

4.      interventies te plegen op verschillende communicatieniveaus ten behoeve van het groepsproces

5.      feedback te geven, vragen en te ontvangen

6.      te reflecteren op het individuele- en het groepsleerproces

7.      de leerniveaus van Bateson toe te passen

8.      de 4-velden van het gesprek toe te passen

9.      te experimenten met de toepassing van de verschillende werkvormen binnen onderlinge toetsing en intervisie

10.    adequaat om te gaan met weerstand

11.    groepsprocessen te analyseren en te evalueren

Attitudeleerdoelen: de deelnemers zijn bereid

1.      tot het begeleiden van het proces van onderlinge toetsing en intervisie

2.      aan te zetten tot een veilige werkomgeving

3.      feedback te geven, vragen en ontvangen

4.      te reflecteren op het individuele- en groepsleerproces en dit met elkaar te delen

5.      de leerniveaus van Bateson toe te passen

6.      de 4-velden van gesprek toe te passen

7.      te experimenteren met de toepassing van verschillende vormen van onderlinge toetsing- en intervisiewerkvormen

8.      tot het bespreekbaar maken van weerstanden

Werkvorm:

De opleiding betreft een vierdaagse cursus, welke gegeven wordt in twee blokken van twee aaneensluitende dagen. De nadruk ligt op het oefenen van vaardigheden, uiteraard afgewisseld door toelichtingen van theoretische achtergronden. Er wordt een diversiteit van werkvormen geboden, zoals groepsgesprekken, aanreiken van theorie, werken in tweetallen, individuele reflectie en werken met beelden en symbolen.