Inleidingsdeel
Inhoud
Deze cursus vormt de basis voor de opleiding tot cognitief gedragstherapeut en is speciaal ontwikkeld voor cursisten die met kinderen en jeugdigen werken. Filmmateriaal en casusvoorbeelden zijn zowel op volwassenen als op kinderen en jeugdigen gebaseerd. Veel aandacht wordt besteed aan het oefenen van de leertheoretische technieken, waarbij gestart wordt met de oorspronkelijke doelgroep (volwassenen) en daarna wordt de specifieke toepassing daarvan bij kinderen, jeugdigen en gezinnen besproken. De fasen van het gedragstherapeutisch proces vormen de leidraad voor deze cursus.
Leerdoelen inleiding basiscursus CGT:
Basis competenties van de cognitief gedragstherapeut m.b.t. kennis en vaardigheden
A. Basiskennis over de leertheorieën, de geschiedenis van de gedragstherapie en het gedragstherapeutisch proces
B. Gegevens over de problematiek van de cliënt ordenen in en holistische visie of probleemsamenhang en gefundeerd tot een probleemkeuze komen (algemeen en stoornisspecifiek)
C. Een topografische, functie- en betekenisanalyse opstellen van het probleemgedrag en registratieopdrachten bepalen (algemeen en stoornis specifiek)
D. Op grond van diagnostiek en indicatiestelling een individueel behandelplan opstellen voor enkelvoudige, lichte problematiek en dit bespreken met cliënt en gezin (algemeen en stoornisspecifiek)
E. Een kennismakingsgesprek voeren, invoegen en informatie verzamelen (algemeen en stoornisspecifiek)
F. Kennis hebben over de operante en niet-operante technieken in de kinder- en jeugdsetting
G. Kennis hebben en begrijpen van het inzetten van de socratische dialoog als middel binnen de cognitieve gedragstherapie
H. Kennis hebben over de ontwikkelingen binnen de CGT als het gaat over de derde generatie CGT
Verdiepingsdeel
Inhoud
Het vertrekpunt in deze verdiepende cursus is de cognitief gedragstherapeutische behandeling van volwassenen. Vanuit deze basis wordt de specifieke toepassing bij kinderen, jeugdigen en hun gezinnen uitgebreid toegelicht en geoefend.
De cursusonderdelen zijn praktijkgericht. Er wordt veel gewerkt met rollenspelen en oefeningen. De cursisten leren om zowel de technieken (en vaardigheden) te kunnen toepassen alsook een goede therapeutische attitude en relatie te kunnen hanteren. Tijdens de opleiding zullen cursisten opdrachten uitvoeren in hun klinische praktijk en daarover rapporteren tijdens de live cursusbijeenkomsten (casuïstiekinbreng). Het oefenmateriaal bestaat uit casuïstiek over zowel volwassenen als kinderen en jeugdigen.
Er komt tijdens deze verdieping een breed scala van gedragstherapeutische interventies aan bod. Hierbij wordt als uitgangspunt van de interventies telkens aandacht besteed aan de holistische theorie, betekenisanalyse en functieanalyse van het gekozen probleemgedrag. De docenten, die in verschillende settingen werkzaam zijn, illustreren de toepassing van deze interventies en technieken op concrete en pragmatische wijze. Er is ruime aandacht voor de behandeling van angststoornissen, stemmingsstoornissen, trauma’s, obsessief-compulsieve stoornissen en gedragsstoornissen.
De cursisten maken kennis met actuele protocollen, maar leren ook kritisch en creatief met protocollen om te gaan, zodat de cliënt met zijn systeem en eigen cultuur centraal staat en uitgangspunt is voor de keuzes die worden gemaakt in het gedragstherapeutisch proces.
Leerdoelen verdieping basiscursus CGT:
De cursist heeft/kan na afloop van de cursus:
1. Basis competenties van de cognitief gedragstherapeut m.b.t. kennis en vaardigheden
2. Specifieke competenties m.b.t. kennis over diverse stoornissen
Kennis en kan vanuit het gedragstherapeutische kader de belangrijkste stoornisgebieden begrijpen en het gedragstherapeutisch proces specifiek toepassen bij verschillende stoornissen.
3. Specifieke competenties m.b.t. therapeutische vaardigheden