Dag 1: Diagnostiek van hypermobiliteit gerelateerde aandoeningen: 20 april 2021

Deze dag zal geleid worden door de theorie en geïllustreerd worden door een 3 tal patiënten die ook later daadwerkelijk in het praktijkdeel aanwezig zullen zijn. Dus de hele dag bereiden de cursisten zich voor op het daadwerkelijk doen van een onderzoek en daar ook de behandelbare grootheden te identificeren. Dit zal dan ook de basis worden voor de behandeling.

09.00-10.00:       Bespreking voorkennis hypermobiliteit gerelateerde aandoeningen vanuit de digitale quiz

10.00-10.30:       Introductie casuïstiek 

10.30-11.00:       Koffiepauze

11.00-13.00:       achtergronden en systematiek diagnostiek bij hypermobiliteit gerelateerde aandoeningen

13.00-14.00:      Lunchpauze

14.00-16.00:       Praktijk diagnostiek, screening en lichamelijk onderzoek (met patienten)

16.00-17.00:       Nabespreking

Dag 2: gerichte behandeling bij kinderen met hypermobiliteit gerelateerd klachten: 26 april 2021

Deze dag gaat verder op dag 1 en de cursisten werken een behandelplan uit op het diagnostisch profiel van dag 1. Deze gaan zij dan ook daadwerkelijk toepassen bij dezelfde patienten.

08.30-09.30:       Bespreking behandelplannen vanuit een “elevator pitch” opgenomen door de cursisten over hun behandelplan

09.30-10.30:       Overzicht literatuur behandeling en evidence statement eds society

10.30-11.00:       Koffiepauze

11.00-12.00:       behandeling het hypermobiele jonge kind

12.00-13.00:       De behandeling van de hypermobiele jongere/jong volwassenen

13.00-14.00:       De ouder en de omgeving in het kader van behandeling

13.00-14.00:      Lunchpauze

14.00-16.00:       Praktijkgerichte interventie

16.00-17.00:       Nabespreking

Leerdoelen:

1. De (kinder)fysiotherapeut heeft kennis en inzicht over generaliseerde hypermobiliteit en kan de verschillende phenotypen herkennen over de levensloop (het jonge kind, jongere, jong volwassen, volwassen en ouder)
2. De (kinder)fysiotherapeut is in staat om onderscheid te maken tussen normale gegeneraliseerde hypermobiliteit en pathologische varianten en deze te kunnen herkennen binnen screeningsprocessen
3. De kinder fysiotherapeut is in staat om multi-disciplinaire indicaties te herkennen en deze te verwijzen en eveneens een waardevolle bijdrage te leveren aan het diagnostisch proces vanuit de periferie.
4. De kinderfysiotherapeut is in staat om patiënt profielen en behandelbare grootheden te identificeren die de basis zullen vormen van de behandeling.