Lange tijd dacht men dat persoonlijkheidsstoornissen veelal uitdoven op latere leeftijd en dat behandeling van persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen niet mogelijk was. De prevalentie van persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen is echter nagenoeg gelijk aan die bij jongere volwassenen. Deze patiënten ondervinden veel problemen met het aanpassen aan het ouder worden, lijden veelal zelf en gaan samen met een hoge zorgconsumptie. De wetenschappelijk kennis over diagnostische en behandelopties bij ouderen neemt toe. In deze lezing komen de meest recente wetenschappelijke ontwikkelingen aan bod op het gebied van diagnostiek en behandeling van persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen, inclusief de differentiële diagnostiek met autisme op latere leeftijd.
Volgt z.s.m. zie bericht in 'vraag en antwoord'
Geestelijke Gezondheidszorg