1.Algemene oriëntatie op de cursus

1.1.Inleiding

‘Klinisch redeneren’, een term die regelmatig voorbij komt. Verpleegkundigen zijn hier dagelijks mee bezig, maar wat houdt ‘Klinisch redeneren’ nu precies in en hoe kan een methode helpen om het klinisch redeneren overzichtelijker en begrijpelijker te maken?

In de cursus staat de dagelijkse praktijk en de leerbehoefte van de deelnemer centraal.
Tijdens de  cursus gaat de deelnemer actief aan de slag met klinisch redeneren door het toepassen van het stappenplan van Marc Bakker op een zelf ingebrachte casus. De deelnemer wordt ondersteund in het klinisch redeneren en het opfrissen van medische kennis (anatomie/fysiologie en pathologie). Zo gaat de deelnemer actief aan de slag met verschillende thema’s zoals circulatie, respiratie en infectieleer (sepsis). Verder wordt de methodiek van Marc Bakker behandeld en toegepast en is tijdens de cursus tijd gereserveerd om ondersteuning te bieden aan de specifieke leerbehoefte van de deelnemer.

1.2. CanMEDS rollen en competenties

 Het volgende CanMEDs-gebied en bijbehorende competentie komen in deze cursus aan bod:

CanMEDS-rol: Zorgverlener

Competentie: De zorgverlener stelt op basis van klinisch redeneren de behoefte aan verpleegkundige zorg vast op lichamelijk, psychisch, functioneel en sociaal gebied, indiceert en verleent deze zorg in complexe situaties, volgens het verpleegkundig proces, op basis van evidence based practice.

Kernbegrip: Klinisch redeneren

Het continue procesmatig gegevens verzamelen en analyseren gericht op het vaststellen van vragen en problemen van de zorgvrager, en het kiezen van daarbij passende zorgresultaten en interventies.

(bron: opleidingsprofiel bachelor nursing 2020 4.0)

1.3. Leerdoelen

De algemene leerdoelen van deze cursus zijn:
 

De verpleegkundige kan:

het klinisch redeneren stappenplan van Marc Bakker toepassen op een (zelf ingebrachte)
midden- hoog complexe patiëntsituatie: zie bijlage 1;

de werking van het respiratiesysteem, circulatiesysteem, elektrolyten en vocht, temperatuurregulatie, afweersysteem en het autonoom zenuwstelsel uitleggen;

de vormen en de behandeling van shock benoemen en verklaren;

de oorzaak en behandeling van sepsis beschrijven.