INLEIDING
Het verloop van een dienst op de MKA hangt onder andere af van het aantal en soort meldingen die binnenkomen en is dus nooit hetzelfde. Er moet daarom geoefend worden, zodat MKA-collega’s goed op elkaar ingespeeld raken.
De centralist heeft twee minuten om te komen tot een goede triage. Vooral de vragen binnen de ABCDE zijn van belang om hoog urgente meldingen snel in kaart te brengen. Door de theorie op te frissen en casuïstiek in te brengen zal de centralist zich sneller een beeld van de patiënt kunnen vormen. Hierdoor kan er snellere en veiligere zorg aan de patiënt geboden worden.
1.1 De VCMKA kan:
Doel 1: benoemen uit welke aspecten de ABCDE-methodiek bestaat.
Doel 2: aan de hand van symptomen van de patiënt de juiste urgentie bepalen middels de ABCDE-methodiek en de context waarbinnen een casus zich afspeelt.
Doel 3: benoemen wat het verschil is tussen een vasovagale en een vegetatieve reactie en wat dit doet op de urgentie middels het Nederlands Triage Systeem (NTS).
2.2 De VCMKA:
Doel 4: bouwt een effectieve (intake)relatie op met de zorgvrager en andere hulpverleners, hierbij rekening houdend met het vermogen en autonomie van de zorgvrager, alsook met professionele normen en waarden;
Doel 5: hanteert vooraankondiging en draagt zorg voor overdracht zo mogelijk door middel van vaste overdrachtsinstrumenten incl. ABCDE methodiek.7.1 De VCMKA zorgt voor de eigen professionele ontwikkeling.
Doel 6: De VCMKA kan eigen sterke en leerpunten benoemen en is zich bewust van zijn eigen professioneel handelen.
7.2
Doel 7: De VCMKA neemt een eigen leervraag mee m.b.t. toepassing ABCDE-methodiek tijdens een melding.
Ambulancezorg Limburg