Opleidingen details PAOFarmacie
PAOFarmacie: Klinische chemie (ID nummer: 391583)
 (33) 

Beoordeling per persoon

 23-11-2021
 21-5-2021
 18-2-2021
 18-2-2021
 18-2-2021
 17-2-2021
 4-2-2021
 24-1-2021
 20-1-2021
 19-1-2021
 18-1-2021
 12-1-2021
 6-1-2021
 29-12-2020
 23-12-2020
 22-12-2020
 22-12-2020
 21-12-2020
 17-12-2020
 17-12-2020
 16-12-2020
 16-12-2020
 16-12-2020
 26-11-2020
 4-11-2020
 4-11-2020
 27-10-2020
 16-10-2020
 11-10-2020
 6-10-2020
 5-10-2020
 2-10-2020
 2-10-2020
Nascholing met (fysieke) bijeenkomst(en)/ accreditatie per bijeenkomst
CategorieGeaccrediteerde puntenAccreditatieperiode
Scholing vakinhoudelijk OA41-4-2020 t/m 31-3-2021
StiPCO41-1-2020 t/m 31-12-2020
Als u als professional deze cursus gevolgd heeft dan wordt de presentie ingegeven door de opleider.

LEERDOELEN

Hart- en vaatziekten

  • de fysiologische rol van lipiden en lipoproteïnen;
  • de rol van het lipidenmetabolisme en andere oorzaken bij het ontstaan van hart- en vaatziekten;
  • de rol van het laboratoriumonderzoek bij van hart- en vaatziekten (diagnostiek, risico inschatting en follow-up van behandeling);
  • de meest voorkomende oorzaken van primaire en secundaire hyperlipidemieën en de rol van het laboratoriumonderzoek bij deze aandoeningen.

Maag-darm-leverproblematiek

Aan het eind van de nascholing bent u, op basis van de farmacogenetica, in staat om tot een dosisadvies te komen en wordt deze geacht op de hoogte te zijn van de mogelijkheden en onmogelijkheden van de praktische toepasbaarheid van farmacogenetica.

Ook heeft u kennis van :

  • de fysiologie van het spijsverteringsstelsel;
  • de meest voorkomende maag-darm-lever pathologie;
  • en bent u in staat om klinisch chemische parameters op gebied van MDL-problematiek te interpreteren in het licht van de klinische presentatie.

Endocrinologische afwijkingen

  • normale hormonale regulatie van de schildklier, de bijnierschors en van de gonaden;
  • stoornissen in de synthese van schildklierhormonen en steroïdhormonen met de bijbehorende klinische beelden;
  • werking en bijwerking van de medicatie die bij deze stoornissen wordt gegeven.

Hematologie en ontsteking

  • inzicht verkregen in de (patho)fysiologie van trombose en hemostase en vanuit dit inzicht de farmacologische en farmacodynamische werking van farmaca die ingrijpen in dit fysiologische systeem begrijpen;
  • inzicht verkregen in de fysiologie en functie van bloedcellen, afwijkingen binnen bloed, bloedvormende organen en lymfeklieren en diagnostiek naar deze afwijkingen;
  • inzicht krijgen in de biochemie van inflammatie/ontsteking en diagnostiek hiernaar.

Bloedgassen, nierfunctie en elektrolyten

  • de nierfunctie van een patiënt te interpreteren door gebruik te maken van verschillende klinische chemische parameters;
  • de GFR (glomerulaire filtratiesnelheid) en creatinine klaring eenvoudig te schatten met gebruikmaking van onderandere het plasma creatinine;
  • de beperkingen te benoemen van een aantal klinische chemische testen en formules voor schatting van de nierfunctie;
  • afwijkingen in water- en zouthuishouding te interpreteren in het licht van een verminderde nierfunctie.
  • bloedgaswaarden en laboratoriumuitslagen met betrekking tot de zuur-base homeostase te interpreteren.

Ook heeft u kennis van:

  • de fysiologie van weefseloxygenatie en zuur-base homeostase;
  • de meest voorkomende verstoringen van weefseloxygenatie en/of zuur-base homeostase
openbaar, poliklinsch, en ziekenhuis apothekers
workshop
€ 240,00 per module of € 1080 voor de hele cyclus
20
Hart- en vaatziekten:
Na afloop van deze nascholing kent u:
• de fysiologische rol van lipiden en lipoproteïnen;
• de rol van het lipidenmetabolisme en andere oorzaken bij het ontstaan van hart- en vaatziekten;
• de rol van het laboratoriumonderzoek bij van hart- en vaatziekten (diagnostiek, risico inschatting en follow-up van
behandeling);
• de meest voorkomende oorzaken van primaire en secundaire hyperlipidemieën en de rol van het laboratoriumonderzoek bij deze aandoeningen.

Maag-darm-leverproblematiek:
Aan het eind van de nascholing bent u, op basis van de farmacogenetica, in staat om tot een dosisadvies te komen en wordt deze geacht op de hoogte te zijn van de mogelijkheden en onmogelijkheden van de praktische toepasbaarheid van farmacogenetica.

Ook heeft u kennis van :
• de fysiologie van het spijsverteringsstelsel;
• de meest voorkomende maag-darm-lever pathologie;
• en bent u in staat om klinisch chemische parameters op gebied van MDL-problematiek te interpreteren in het licht van de klinische presentatie.

Endocrinologische afwijkingen:
Na afloop van de nascholing hebt u kennis over:
• normale hormonale regulatie van de schildklier, de bijnierschors en van de gonaden;
• stoornissen in de synthese van schildklierhormonen en steroïdhormonen met de bijbehorende klinische beelden;
• werking en bijwerking van de medicatie die bij deze stoornissen wordt gegeven.

Hematologie en ontsteking:
Na afloop van de nascholing heeft u:
• inzicht verkregen in de (patho)fysiologie van trombose en hemostase en vanuit dit inzicht de farmacologische en farmacodynamische werking van farmaca die ingrijpen in dit fysiologische systeem begrijpen;
• inzicht verkregen in de fysiologie en functie van bloedcellen, afwijkingen binnen bloed, bloedvormende organen en lymfeklieren en diagnostiek naar deze afwijkingen;
• inzicht krijgen in de biochemie van inflammatie/ontsteking en diagnostiek hiernaar.

Bloedgassen, nierfunctie en elektrolyten :
Na het doorlopen van deze nascholing bent u in staat om:
• de nierfunctie van een patiënt te interpreteren door gebruik te maken van verschillende klinische chemische parameters;
• de GFR (glomerulaire filtratiesnelheid) en creatinine klaring eenvoudig te schatten met gebruikmaking van onderandere het plasma creatinine;
• de beperkingen te benoemen van een aantal klinische chemische testen en formules voor schatting van de nierfunctie;
• afwijkingen in water- en zouthuishouding te interpreteren in het licht van een verminderde nierfunctie.
• bloedgaswaarden en laboratoriumuitslagen met betrekking tot de zuur-base homeostase te interpreteren.

Ook heeft u kennis van:
• de fysiologie van weefseloxygenatie en zuur-base homeostase;
de meest voorkomende verstoringen van weefseloxygenatie en/of zuur-base homeostase
Nee
In de cyclus Klinische Chemie kunt u in vijf modules kennismaken met een aantal aspecten en achtergronden van de klinische chemie en laboratoriumgeneeskunde. De modules kennen een overkoepelend thema waarin verschillende klinisch chemische parameters en hun achtergronden worden behandeld. Onder andere aan de hand van casuïstiek wordt een link gelegd met de dagelijkse praktijk.

Hart- en vaatziekten:
Behandelt hart- en vaatziekten, waarbij onder andere wordt ingegaan op de biomarkers bij diagostiek van het acuut coronair syndroom en hartfalen.

Maag-darm-leverproblematiek:
Gaat in op maag-, darm- en leverproblematiek, waarin er aandacht is voor farmacogentische polymorfismen in leverenzymen en kenmerkende parameters bij leverfunctiestoornissen.

Endocrinologische afwijkingen:
Is opgezet rond endocrinologische afwijkingen en hierin leert u welke laboratoriumwaarden relevant zijn bij het initiëren en monitoren van therapie.

Hematologie en ontsteking:
Geeft meer inzicht in hematologie en ontsteking en zal onder andere uw kennis van het stollingsyteem, de functie van rode en witte bloedcellen, het functioneren van bloedplaatjes en ontstekingsmediatoren vergroten.

Bloedgassen, nierfunctie en elektrolyten:
Gaat over nierfunctiediagnostiek en bloedgassen en biedt u handvatten voor de medicatiebewaking op verminderde nierfunctie en gaat in op de functie van bloedgassen bij het behoudt van een fysiologische pH en overige facetten van de homeostase.

De modules zijn, daar waar gewenst, ook los af te nemen.
Dr. M.J. (Maarten) ten Berg
Dr. J.W. (Jacoline) Brinkman – Lubbers
Dr. A. (Albert) Huisman
Dr. T.J.H. (Hans) Kemperman
Dr. E.G.W.M. (Eef) Lentjens
Dr. I.M. (Ingrid) Revet
Dr. C. (Kees) van de Water
Dr. J. (Jan) van der Weide
Dr. H.K. (Holger). de Wolf
Bestand  
Klinische chemie cyclus 1909.pdf5-2-2020 11:38177 KB
Ja
Nee
Hoofdniveau
Farmacotherapie
Medicatiebegeleiding
16-2-2021
Tijd13:00 - 17:00
LocatieUtrecht (NL) (Toon kaart)

8-12-2020
Tijd13:00 - 17:00
LocatieUtrecht (NL) (Toon kaart)

16-11-2020
Tijd13:00 - 17:00
LocatieUtrecht (NL) (Toon kaart)

13-10-2020
Tijd13:00 - 17:00
LocatieUtrecht (NL) (Toon kaart)

30-9-2020
Tijd13:00 - 17:00
LocatieUtrecht (NL) (Toon kaart)

14-4-2020
Tijd13:00 - 17:00
LocatieUtrecht (NL) (Toon kaart)

Het Nationaal PAO-centrum Farmacie is een samenwerkingsverband tussen de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), de Vereniging Nederlandse Industrie Apothekers (NIA), de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuisapothekers (NVZA), de faculteit Farmacie (Universiteit Utrecht) en het Universitair Centrum voor Farmacie (Rijksuniversiteit Groningen). De samenwerking heeft gestalte gekregen in de vorm van een stichting. Vertegenwoordigers van betrokken partijen vormen samen het bestuur van de stichting.

Missie
Het Nationaal PAO-centrum Farmacie verzorgt hoogwaardig, onafhankelijk postacademisch onderwijs voor apothekers. Het centrum wil een bijdrage leveren aan 'life long learning' en verdere professionalisering van apothekers in Nederland.
 

Rembrandtlaan 31,
3723 BG
Zeist
030-3040100