Inhoud lezing:
De kern van het verhaal: De ontwikkeling die we als mens doormaken in de eerste 1000 dagen – van enkele cel tot 2 jarige peuter – vormt ons voor een belangrijk deel tot wie we zijn. Onderzoek in verschillende vakgebieden – biologie, geneeskunde, economie – toont aan dat de eerste 1000 dagen van het leven van cruciaal belang zijn voor later. In geen enkele andere fase van het leven worden zoveel biologische mijlpalen bereikt als tijdens de eerste 1000 dagen van het leven. Tijdens deze allesbepalende fase in het prille begin van ons bestaan worden alle organen aangelegd, hechten we ons aan ouders of verzorgers, zetten we onze eerste stapjes en spreken we onze eerste woorden. We worden letterlijk gevormd. Daarmee heeft de omgeving tijdens deze vormende periode niet alleen invloed op het moment zelf, maar ook op de ontwikkeling en gezondheid later in het leven. De organen die in de eerste twaalf weken na de conceptie worden aangelegd, gaan een leven lang mee. De structuur en functie van de organen wordt voor een belangrijk deel al bepaald in de allerprilste fase van het leven, en er is later geen mogelijkheid om al aangelegde structuren te veranderen. De eerste fase van het leven heeft dus een enorme impact op de ontwikkeling, en daarmee ook op het gedrag, het vermogen om te leren en daarmee de kansen op de arbeidsmarkt, de gevoeligheid voor ziektes en daarmee de latere gezondheid, en welzijn en daarmee op de maatschappij als geheel.
Leerdoel:Kennis en inzicht in het belang van de omgeving in de eerste 1000 dagen van de ontwikkeling van de mens voor de latere groei, gedrag en gezondheid.