Na afloop van deze cursus weet u:
•dat pijn, visusverandering, fotofobie, misselijkheid en
braken belangrijke alarmsymptomen zijn;
•welke behandelingen de NHG-Standaard adviseert voor het
rode oog en het droge oog;
•dat zowel een bacteriële als een virale conjunctivitis zonder
antibiotica doorgaans vanzelf geneest;
•dat een antibioticum bij een infectieuze conjunctivitis pas in
beeld komt als de infectie langer dan 2 weken duurt of als
de patiënt tot een risicogroep behoort;
•dat behandeling van een blefaritis uit drie stappen bestaat:
verwarmen, massage en poetsen van de ooglidrand;
•dat de oorzaak van droge ogen kan worden onderverdeeld
in twee hoofdgroepen: een verminderde traanproductie of
een toegenomen verdamping van traanvocht;
•welke kunsttranen kunnen worden ingezet bij droge ogen
en hoe ze werken;
•wat de (nadelige) effecten zijn van conserveermiddelen;
•wanneer kunsttranen zonder conserveermiddel geïndiceerd
zijn;
•hoe een correcte druppelinstructie gegeven kan worden;
•wanneer de huisarts dient te verwijzen naar de oogarts.