Aan het einde van dit FTO weet u:
• de inhoud en de redenen van het NHG-stappenplan van
behandeling van pijn uit de NHG-Standaard;
• dat chronische pijnbestrijding een multidimensionele
benadering vraagt;
•welke hulpmiddelen er zijn om de pijn te meten;
• de (bij)werking(en) van de verschillende pijnstillers;
• het verschil tussen de ‘klassieke’ en atypische opioïden;
•op welke momenten opiaatrotatie toegepast wordt;
• dat rescuemedicatie voor de behandeling van doorbraakpijn
altijd noodzakelijk is bij chronisch gebruik van opioïden;
• dat indien meer dan 3 maal per dag rescuemedicatie nodig
is voor de behandeling van doorbraakpijn, de dosering van
het langwerkende opioïd met 50% verhoogd moet worden;
• welke de farmacokinetische verschillen er zijn tussen de
snelwerkende fentanylpreparaten voor de behandeling van
doorbraakpijn en kunt u deze informatie aanwenden in de
dagelijkse praktijk.
• wat de behandelmogelijkheden zijn bij neuropathische pijn;
Medisch en farmaceutisch organisatie- en adviesbureau