Botbreuken komen veel voor en zijn meestal het gevolg van een ongeval. Naar schatting komen er in Nederland zo'n 80.000 botbreuken per jaar voor. Dat betekent dat er meer dan 200 mensen per dag een botbreuk oplopen en dat er elke 6 minuten iemand een botbreuk oploopt...!

Een groot gedeelte daarvan ontstaat bij jongeren ten gevolge van een verkeers- , bedrijfs- of sportongeval. Een andere gedeelte ontstaat bij ouderen met osteoporose (botontkalking), waardoor de kwetsbare botten al bij een klein ongelukje makkelijk kunnen breken. Door de toenemende vergrijzing is de verwachting dat in 2025 er circa 108.000 botbreuken per jaar optreden.

Niet elke botbreuk hoeft geopereerd te worden. Naar schatting moet circa 50% geopereerd worden. Soms moet dat acuut, soms kan dat na 7-14 dagen, afhankelijk van het soort breuk. Als een breuk niet geopereerd hoeft te worden, dan wordt dit vaak met gips behandeld.

Een deel van de fracturen ontstaan in het verkeer, aan het werk of door toedoen van anderen, hetgeen nog een factor van aansprakelijkheid aan het geheel toevoegt. Vervolgens zijn er diverse chronische aandoeningen, waarbij risico op fracturen sterk is toegenomen.

Waar liggen de mogelijkheden voor u als verzekeringsarts? Hoe vormt u een team met de 1e en 2e lijn, zodat betrokkene de beste kansen benut om zo optimaal mogelijk te herstellen? Wat is de restsituatie en is die geschikt voor belasting in het dagelijkse leven en arbeid?

Leerdoelen

Na afloop van deze lezing heeft de deelnemer kennis opgedaan over:

• actuele wetenschappelijke inzichten op het gebied van behandeling, revalidatie en herstel van fracturen en distorsies;
• het beoordelen of er stagnaties zijn in het herstel van traumatische letsels van de onderste extremiteit;
• de functionele belastbaarheid na een (genezen) fractuur.