Schematherapie is een behandelvorm die ontwikkeld is door Jeffrey E. Young en zijn collega’s voor mensen met persoonlijkheidsproblematiek. Het uitgangspunt is dat ieder kind dezelfde basisbehoeften heeft. In de interactie tussen het kind, met zijn eigen temperament en aanleg, en zijn omgeving kan stagnatie in de ontwikkeling ontstaan als zich beschadigende omstandigheden voordoen of er onvoldoende respons is op datgene wat het kind nodig heeft. Deze stagnatie kan leiden tot de ontwikkeling van persoonlijkheidsproblematiek in de volwassenheid. De volwassene is dan onvoldoende in staat de taken des levens aan te gaan en uit te voeren, de coping schiet tekort. De behandeling met Schematherapie richt zich op het herkennen van de eigen ‘valkuilen’ en het herkennen en kunnen reageren op de eigen behoeften. Er wordt een cesuur aangebracht tussen wat in het verleden heeft plaats gevonden en wat nu nodig is: het vergroten van vaardigheden met als uiteindelijk doel de ontwikkeling van ‘de Gezonde Volwassene’.
Schematherapie richt zich op het ontwikkelen van de ‘Gezonde Volwassene’, het vervullen van de basisbehoeften binnen realistische grenzen. De gehele cursus door is dit het leidend principe. In de kindertijd zijn basisbehoeften onvoldoende vervuld als gevolg van onaangename frustratie, traumatisering, verwenning, of identificatie. De cliënt heeft een coping ontwikkelt waarmee hij onvoldoende zorg heeft voor zijn emotionele huishouding zich uitend in gedrag dat ongewenst (in de zin van slechte zelfzorg), beschadigend of destructief is. In Schematherapie leert de cliënt de basisbehoeften te herkennen, ontwikkelt hij vaardigheden om in zijn huidige leven op een adequate manier om te gaan en te handelen naar wat hij nodig heeft (zijn basisbehoeften) binnen de mogelijkheden die er zijn (realistische grenzen).
In de Schematherapie worden inzichten, methoden en technieken die zijn ontleend aan verschillende scholen, zoals de hechtingstheorie, cognitieve gedragstherapie en experiëntiële therapieën, geïntegreerd in een allesomvattend model, gerelateerd aan het meest prominente actuele psychologische paradigma, het cognitieve model. (Arntz en Jacob, 2012)
Schematherapie is ontwikkeld voor de behandeling van volwassenen en wordt steeds vaker toegepast bij adolescenten. Schema’s ontwikkelen zich vanaf de vroege jeugd en worden in de adolescentie al zichtbaar.
Schematherapie wordt toegepast bij persoonlijkheidsproblematiek en bij hardnekkige klachten in het toestandsbeeld, die met de gebruikelijke behandeling onvoldoende verbeteren. Met behulp van het modusmodel en de schemaconceptualisatie wordt op een andere manier gekeken naar de in standhoudende factoren. De klacht wordt benaderd vanuit de ontwikkeling van de cliënt en gezien als coping om zichzelf ‘staande te kunnen houden’. Veel cliënten met persoonlijkheidsproblematiek hebben traumatische ervaringen in hun leven meegemaakt. Deze klachten worden o.a. behandeld met imaginatie met rescripting, een krachtige techniek met goede resultaten.
Na afloop van deze cursus:
Heb je inzicht in de schematheorie: de theorie over basisbehoeften, wat schema’s, copingstrategieën en modi zijn, hoe deze ontstaan en zich verder ontwikkelen en bestendigen.
Kun je een casusconceptualisatie en een behandelplan opstellen;
Ben je in staat de werkrelatie met een cliënt met persoonlijkheidsproblematiek te hanteren volgens de principes van limited reparenting, empathische confrontatie en limit setting;
Kun je vanuit het modusmodel interventies toepassen bij destructieve gedragingen/ ongezonde gewoontes, zoals bijvoorbeeld automutilatie of impulscontroleproblemen;
Heb je geoefend met de verschillende behandeltechnieken, zoals cognitieve technieken, experiëntiële technieken en gedragsexperimenten individueel en in de groep;
Heb je zicht op je eigen schema’s en coping en heb je een idee gevormd over wat het effect hiervan kan zijn in de samenwerking met een cliënt met persoonlijkheidsproblematiek.
Uitgebreide info:https://pao.nl/basis-en-vervolgcursus-schematherapie/