Wat is ‘geestelijk’ in de moderne kunst? Waarom dicht zij zichzelf een spirituele dimensie toe en/of waarom zoekt het publiek in haar naar die dimensie? In deze collegereeks gaan we geduldig op die vragen in. We vertrekken daarbij vanuit het bekende essay dat Wassili Kandinsky in 1912 liet verschijnen onder de titel Über das  Geistige in der Kunst (Nederlandse vertaling door Hans Driessen: Over het geestelijke in de kunst,  Nijmegen: Vantilt, 2016).

Naast de tekst van Kandinsky worden ook  nog andere beroemde commentaren op het mystieke gehalte van kunst onder de loep genomen. Telkens wordt daarbij ook uitvoerig op concrete kunstwerken ingegaan.

Daarbij hebben moderne kunstwerken (en hun commentaren) de voorkeur, al zal een referentie aan renaissance-kunst onvermijdelijk blijken.

Het ‘geestelijke’, waarnaar veel moderne kunst verwijst, is in veel gevallen niet meteen christelijk (zoals bijvoorbeeld voor Kandinsky’s essay geldt).

Toch is het christelijke narratief toch vaak dominanter dan de auteurs toegeven of de lezer in hun tekst ontwaart. Een van de colleges betreft dan ook dit hardnekkig christelijk karakter van de spirituele dimensie die de kunst zich toedicht.