Het doel van de cursus adolescentenproblematiek is:
1. zicht krijgen op en vaardigheden ontwikkelen in het hulpverlenen aan en de (motiverende) gespreksvoering met de adolescent, zijn gezin, zijn schoolsituatie en zijn bredere context, dit zowel vanuit orthopedagogisch, systeemtheoretisch als vanuit ontwikkelingspsychologisch perspectief. Hierbij worden op basis van de diagnose van de problematiek, mede in het licht van de gezinslevenscyclus, de gevolgen voor de indicatiestelling duidelijk
2. het onderscheid leren maken tussen eenmalige stemmingen of gedragingen/ faseproblematiek en meer langdurige stemmingen en gedragspatronen en in deze fase veel voorkomende stoornissen:- van kick tot ontwikkelingsbelemmering in het uitgaan (seks en alcohol/drugs)- van probleem tot stoornis: eetstoornissen, depressie en suïcidaal gedrag, beginnende persoonlijkheidsproblematiek.De cursist weet wanneer symptomen om vervolgdiagnostiek vragen.
3. het vertalen van kennis omtrent cognitieve, emotionele, morele, psychosociale en identiteitsontwikkeling naar de implicaties voor het diagnostisch gesprek, dat beschouwd wordt als een essentieel onderdeel van het hulpverleningsproces, ingeval er sprake is van participatieproblemen tijdens opvoed- en onderwijsleersituaties.
4. tot slot brengt de cursus do’s en don’ts tijdens en het actief oefenen (met acteur) met gespreksvoering met adolescenten en een overzicht van korte veranderingsgerichte interventies die vraaggericht in jeugdhulp en onderwijsleersituaties aan adolescenten kunnen worden toegepast. En integreren de cursisten het geleerde via een intervisieachtige wijze in een zélf meegebrachte casus.
5. de cursist verwerkt na afloop van de module, in de tijdens de eerste bijeenkomst ingeleverde casus, aantoonbaar de opgedane kennis aangaande diagnose, indicatie en behandeling. Dat wil zeggen dat de casus wordt aangevuld ‘met de kennis van nu’, inclusief de implicaties hiervan voor de behandeling. Dit resultaat wordt binnen 6 weken na afloop van de module ingeleverd bij de hoofddocent.
RINO Zuid staat voor Regionaal Instituut voor Nascholing en Opleiding (geestelijke) gezondheidszorg in Zuid.RINO Zuid coördineert en organiseert activiteiten op het terrein van nascholing en opleiding ten behoeve van de (G)Gz in de regio Zuid-Nederland. Dit gebeurt in een samenwerkingsverband van instellingen, met een functie op het gebied van de GGz en de beide in de regio gelegen universiteiten. In de organisatie van dit samenwerkingsverband wordt gestreefd naar een adequate afstemming van het scholingsaanbod op de wensen van de participanten. Het samenwerkingsverband bevordert betrokkenheid en onderlinge ontwikkeling van deskundigheid binnen de regio. Het beleid van RINO Zuid wordt bepaald door het Bestuur en de Raad van Postdoctorale Beroepsopleiding en de Raad Nascholing.Docenten, verbonden aan RINO Zuid, zijn overwegend medewerkers van participerende instellingen.WWW.RINOZUID.NL