Transport klasse 7 ADR (IATA) zendingen.

Voor het vervoer van radioactieve stoffen via diverse modi (weg, water, spoor en lucht) gelden (inter)nationale wetten, regelingen en akkoorden. Naast een differentiatie in de hoeveelheid te vervoeren materiaal (kalibratiebron vs. NORM), modus en type verpakking gelden aanvullende eisen wanneer het radioactieve materiaal een geneesmiddel betreft, of wanneer het vervoer grensoverschrijdend is (waarbij een onderscheid bestaat tussen intercommunitaire overbrenging of transport van of naar buiten de EU).

In de voornoemde wetten en regelingen zijn verschillende rollen (taken) van de “transportketen-deelnemers” vastgelegd, waarbij zeker niet de minste die van de afzender (shipper) is. De afzender is altijd de KEW-vergunninghouder, die deze taken in het algemeen delegeert aan de stralingsbeschermingsdeskundige (ACD of CD). De rol van de ontvanger is minder omvangrijk maar ook deze dient altijd een KEW-vergunninghouder te zijn.

Leerdoelen:

De deelnemer dient aan het eind van de cursus:

• de (inter)nationale wet- en regelgeving voor het vervoer van radioactieve stoffen via de diverse modi te kennen;
• te kunnen benoemen op welke wijze de taken en verantwoordelijkheden inzake het vervoer van radioactieve stoffen zijn belegd;
• zich bewust te zijn van de verplichtingen die een afzender heeft;
• te kunnen aangeven op welke wijze hij/zij een transport van radioactieve stoffen conform de wet- en regelgeving kan (laten) uitvoeren;
• in staat te zijn om de juiste keuze van verpakking en etikettering te maken.