De module Klinisch redeneren en indiceren in het kort

In het nieuwe opleidingsprofiel nemen de CanMEDS-rollen een centrale plaats in. De rol van zorgverlener vormt de kern van de verpleegkundige beroepsuitoefening. Daarvoor is actuele en betrouwbare vakkennis onontbeerlijk. Het toepassen daarvan krijgt vorm in het klinisch redeneren. Het opleidingsprofiel Bachelor of Nursing 2020 stelt bovendien dat dit op basis van evidence based practice plaatsvindt. In deze module ga je aan de slag met deze kennis en breng je deze in de praktijk. Ook word je geschoold in de nieuwe terminologie, onderliggende theorieën en de aanpak van indiceren en zorg toewijzen. Je krijgt les van ervaren docenten van Windesheim.    

Module 2, Klinisch redeneren en Indiceren is verdeeld in twee eenheden van leeruitkomsten (EVL).

EVL 2.1 Klinisch redeneren:
De professional stelt, zelfstandig (in verschillende contexten), de behoefte aan zorg vast op lichamelijk, psychisch, functioneel en sociaal gebied bij een complexe zorgvraag.De vastgestelde benodigde zorg wordt door de professional vastgelegd in een integraal plan. Dit plan is opgesteld volgens de in het werkveld gehanteerde verpleegkundige classificatiesystemen (zoals Gordon of OMAHA) en beschrijft minimaal drie verpleegkundige problemen (volgens de PES-methodiek). Vanuit deze casus uit de eigen beroepspraktijk maakt de professional zelfstandig een (verpleeg-/behandel)plan, en onderbouwt (EBP) de gemaakte keuzes binnen het plan. Daarnaast beschrijft de professional op welke wijze hij/zij de cliëntgegevens heeft verzameld en neemt hij/zij het verpleegprobleem en SMART geformuleerde doelen op. De professional onderbouwt deze passende zorgresultaten en interventies (bijvoorbeeld met het Toulminmodel en/of gevalideerde meetinstrumenten) en voorziet deze van een haalbare planning, evaluatiedata en een evaluatiemethodiek (bijvoorbeeld de productprocesstructuurmethodiek). De professional is in staat te verwoorden hoe hij/zij de mens en diens naaste heeft betrokken in het besluitvormings- en evaluatieproces, hoe hij/zij heeft samengewerkt met andere disciplines, hoe hij/zij preventie een plek heeft gegeven en op welke wijze het zelfmanagement van de cliënt is versterkt.
 

EVL 2.1 Indiceren:
De professional toont inzicht in de geschiedenis van indiceren in Nederland en kan verwoorden welke wet- en regelgeving op dit moment invloed heeft op het proces van indiceren en welke invloed dat dan is.Tevens is de professional in staat de inhoud van een indicatie helder uit te leggen (op een manier die aansluit bij de behoefte van de mens en diens naaste) naar aanleiding van een verpleegplan (klinisch redeneren). In de toelichting/presentatie geeft de verpleegkundige aan door wie de (indicatie voor) zorg wordt vergoed, op welke manier de zorg zal worden georganiseerd (door wie, aard, duur en omvang) en wat nodig is van alle belanghebbenden. De professional zoekt verbinding binnen het sociaal domein om samenwerking en/of afstemming naar aanleiding van het verpleegplan te realiseren. De professional legt de indicatie met onderbouwing schriftelijk vast in een document dat passend is voor de mens en diens naaste, de zorgverzekeraar en de eigen organisatie en houdt daarbij rekening met privacyregels. De professional houdt zich bij alle vormen van informatieoverdracht aan het normenkader V&VN.

https://www.windesheim.nl/werk-en-studie/opleidingen-en-cursussen/gezondheid-en-welzijn/klinisch-redeneren-en-inzicht-in-indiceren