Opleidingen details Het Friese Land
Het meten van vitale functies in de thuiszorg (ID nummer: 347514)
Nascholing met (fysieke) bijeenkomst(en)/ accreditatie per bijeenkomst
CategorieGeaccrediteerde puntenAccreditatieperiode
Scholing Algemeen414-1-2019 t/m 13-1-2020
Als u als professional deze cursus gevolgd heeft dan wordt de presentie ingegeven door de opleider.

Toelichting aanleiding van de bijscholing

De functie van de verpleegkundige in de thuiszorg is duidelijk. Hij of zij moet de zorg voor zijn of haar patiënten bewaken en coördineren. Dat bewaken van de zorg, wordt door middel van een aantal hulpmiddelen gedaan. De belangrijkste daarvan zijn het meten en interpreteren van de vitale functies. Vitale functies zoals bloeddruk, pols, temperatuur en hartslag worden thuis regelmatig gemeten om zo vroeg mogelijk een dreigende situatie te beoordelen en daarop tijdig te kunnen handelen. Een verandering of stoornis in één van de of, of meerdere van de, vitale functies kan namelijk leiden tot een (onomkeerbare) dreigende situatie, met uiteindelijk zelfs de dood tot gevolg. Door middel van het kennen van deze vitale waarden en het kunnen klinisch redeneren, kan de verpleegkundige zo eventuele schadelijke situaties voor de zorgvrager op tijd herkennen. Daarnaast is het tijdig doorgeven van bevindingen aan andere disciplines (bijvoorbeeld een arts) kan de verpleegkundige de situatie zo goed en efficiënt uitleggen. Omdat de verzorgenden en verpleegkundigen in de thuissituatie zelfstandig met deze handelingen om moeten kunnen gaan, is het van belang dat zij de juiste kennis en vaardigheden regelmatig onderhouden. Deze bijscholing is gebaseerd op de Vilans protocollen.

Door het volgen van deze bijscholing ontwikkelen verzorgenden IG en verpleegkundigen zich op het gebied van vakinhoudelijk handelen, professionaliteit en kwaliteit in relatie tot deze voorbehouden en risicovolle handeling. Het betreft een gedelegeerde taak en valt niet onder hun eigen beroepsdomein. Het betreft een generieke bijscholing. Door het onderhouden van kennis en vaardigheden is de verpleegkundige in staat kwalitatief goede zorgverlening te leveren en dit te motiveren naar de cliënt. En kan ze haar rol beter vervullen in de samenwerking met zorgvragers, (huis)artsen en apothekers.

Centraal in de bijscholing staan de volgende onderwerpen

De vaardigheden uit deze nascholing vallen onder de verpleegkundige vaardigheden. De volgende onderwerpen worden behandeld:

  • Observeren en meten van de bloeddruk (tensie), RR Riva Rocci (systolisch en diastolische druk, digitale bloeddrukmeters, manometerbloeddrukmeters en continue registratie).
  • Observeren en meten van de kwaliteiten van de pols (Frequentie, regelmaat, gelijkmatigheid en de kracht).
  • Observeren en meten lichaamstemperatuur (rectale, orale, axillaire, aurale meting).
  • Observeren en meten van de kwaliteiten van de ademhaling (Apneu, hyperventilatie, kussmaulademhaling, Cheynes-stokesademhaling, zuchtende ademhaling, gasping en atactische ademhaling).
  • Observeren en meten van de saturatie met fingerpulse-oximeter.

Verzorgenden IG en verpleegkundigen niveau 4/ 5 van THFL, kunnen na het volgen van deze bijscholing in het kader van vitale functies benoemen/beschrijven/uitvoeren:

Benoemen

De verpleegkundigen niveau 4 en 5 zijn in staat om de volgende punten te benoemen:

  • wat de anatomie en functies zijn van het hart en arteriolen.
  • wat de anatomie en functies van de luchtwegen zijn.
  • wat de anatomie en functies zijn van de hypothalamus (in relatie tot temperatuurregulatie).
  • wat de anatomie en functies zijn van de huid (in relatie tot temperatuurregulatie).
  • wat het verschil is in waarden van rectale, orale, axillaire, aurale meting.
  • wat de risico’s zijn van bradycadie en tachycardie.
  • wat de risico’s zijn van koorts.
  • wat de risico’s zijn van een afwijkende ademhaling.
  • wat de risico’s zijn van hypoxie.
  • wat de afwijkende waarden van het hart, de ademhaling en de temperatuur betekenen voor het bewustzijn.

Beschrijven

De verpleegkundigen niveau 4 en 5 zijn in staat om de volgende punten te beschrijven:

  • de afwijkende waarden van de bloeddruk (systolisch en diastolisch), bradycardie, tachycardie.
  • de afwijkende waarden in de frequentie, regelmaat, gelijkmatigheid en de kracht van de pols.
  • de afwijkende waarden van de lichaamstemperatuur (kritische daling/ lytische daling/subfebriele/ continue koortstype).
  • de afwijkende waarden van de ademhaling.
  • de afwijkende waarden in de saturatie.
  • hoe de zorgverlener omgaat met deze afwijkende waarden in de communicatie naar de huisarts/ specialist.
  • hoe de zorgvrager in een andere houding geplaatst kan worden (recht opzitten bij ademhalingsproblemen, tenzij uitdrukkelijk anders is vastgelegd door de arts).
  • hoe de zorgverlener warmte- en koudebehandeling toe kan passen, indien ze deskundig en bekwaam is.
  • hoe de zorgverlener extra vocht kan toedienen bij koorts, als de zorgvrager kan slikken en mag drinken.
  • hoe de zorgverlener voedingsadviezen kan geven over bloeddrukverlagende voedingsmiddelen.

Uitvoeren

De verpleegkundigen niveau 4 en 5 zijn in staat om de volgende handelingen uit te kunnen voeren (Volgens vilans protocollen):

  • observeren van de bloeddruk (tensie), RR Riva Rocci (systolisch en diastolische druk, digitale bloeddrukmeters, manometerbloeddrukmeters en continue registratie).
  • observeren van de kwaliteiten van de pols (Frequentie, regelmaat, gelijkmatigheid en de kracht).
  • observeren lichaamstemperatuur (rectale, orale, axillaire, aurale meting).
  • observeren van de kwaliteiten van de ademhaling (Apneu, hyperventilatie, kussmaulademhaling, Cheynes-stokesademhaling, zuchtende ademhaling, gasping en atactische ademhaling).
  • observeren van de saturatie met fingerpulse-oximeter.

Instrueren

De medewerker is in staat:

De mantelzorger en de zorgvrager te informeren over:

  • hoe een andere houding bijdraagt aan een verminderd gevoel van benauwdheid (recht opzitten bij ademhalingsproblemen, tenzij uitdrukkelijk anders is vastgelegd door de arts).
  • hoe warmte- en koudebehandeling de lichaamstemperatuur kunnen beïnvloeden
  • hoe extra vocht belangrijk kan zijn bij koorts (als de zorgvrager kan slikken en mag drinken).
  • voedingsadviezen over bloeddrukverlagende voedingsmiddelen.

In begrijpelijke taal uit te leggen wanneer het nodig om contact op te nemen met de verantwoordelijke verpleegkundige of huisarts.

Tijd9:00 - 16:15
Locatie

Tijd12:00 - 16:15
Locatie

Tijd12:00 - 16:15
Locatie

Tijd12:00 - 16:15
Locatie

Tijd12:00 - 16:15
Locatie

Thuiszorg

Kelvinstraat 5
8912 AN
Leeuwarden
Postbus 417
8901 BE
Leeuwarden
0582337474