Het NPi organiseert geregeld zgn. 'masterclasses'. Onder een masterclass verstaan we: een scholingsactiviteit, gegeven door (inter-)nationaal gerenommeerde experts, die qua inhoud vernieuwend is voor paramedici die zich in een bepaalde richting hebben gespecialiseerd, en waarvoor een duidelijk omschreven ingangsniveau geldt.
Bij de fysiotherapeutische behandeling van hartfalen-patiënten zijn, voor het opstellen van een adequaat behandelplan, veel gegevens noodzakelijk.
Deze gegevens worden deels verstrekt door het multidisciplinaire team en komen deels voort uit eigen analyse.
Om de trainingsdoelen, de trainingsintensiteit en de trainingsprioriteit goed te kunnen bepalen is het bij hartfalen patiënten onder andere van belang om de huidige (fysieke) belastbaarheid van de patiënt op grond van de maximale of symptoom gelimiteerde inspanningstest met gasanalyse (spiro-ergometrie) te bepalen.
Op basis van de testgegevens wordt aan de hand van de individuele inspanningsrespons, het verloop van onder meer de VO2, VCO, RER, hartfrequentie en ventilatoire parameters, de trainingsintensiteit van individuele patiënten bepaald.
In de meest recente KNGF-richtlijn Hartrevalidatie (2011) is nu een apart hoofdstuk opgenomen met betrekking tot hartfalen. Ook in deze richtlijn wordt het belang benadrukt van het verkrijgen van een maximale of symptoom gelimiteerde inspanningstest met gasanalyse alvorens men begint met de fysiotherapeutische begeleiding van hartfalen-patiënten.
Het lezen en interpreteren van spiro-ergometrie gegevens en vervolgens het toepassen hiervan in de training bij hartfalen-patiënten is niet eenvoudig. Daarom organiseert het NPi, speciaal voor ervaren fysiotherapeuten die werkzaam zijn met hartfalen-patiënten in de 1e of 2e lijn en die de NPi-cursus 'Hartfalen' reeds hebben gevolgd, deze masterclass.
Tijdens de masterclass zullen de volgende onderwerpen aan bod komen:
cardiologische inspanningsbeperkingen: wat betekent symptom limited bijvoorbeeld ten opzichte van ischaemie en/of ritmestoornissen (inleiding door de cardioloog)
klinische ergometrie binnen de relevante richtlijnen
doelen van de ergometrie
praktische zaken rond klinische ergometrie: wie vraagt het aan, met welk doel, wie voert het uit, wie beoordeelt/ interpreteert de gegevens en wat gebeurt er met de gegevens?
theoretische achtergrond: belang van inspanningstest met gasanalyse:VO2max vs VO2piek, schakels O2- transportketen, mogelijke centrale en perifere beperkingen, vergelijking van Fick, beloop van relevante fysiologische parameters bij inspanning (o.a. ventilatie, anaerobe drempel/zone)
testvormen en protocollen
specifieke inspanningsbeperkingen
minimale gegevens klinische ergometrie, om tot een revalidatie/training-programma op maat te komen
lezen en interpreteren van ergometrie gegevens a.d.h.v. casuïstiek
trekken van conclusies, bepalen van inspanningsbeperkingen en het formuleren van trainingsdoelen
Doel
Onderwijsdoelen Masterclass klinische ergometrie
Na deze masterclass kan de deelnemer:
de doelen van de klinische ergometrie benoemen;
de betekenis van de klinische ergometrie benoemen binnen de voor de fysiotherapie relevante en actuele richtlijnen, dat wil zeggen uitleggen wat de functie van de klinische ergometrie is binnen de inspanningsdiagnostiek en bij de vaststelling van de individuele revalidatiedoelen
beschrijven hoe de klinische ergometrie wordt uitgevoerd;
de keuze voor de gehanteerde testvormen en protocollen uitleggen;
de testresultaten lezen en (functioneel) analyseren;
de relevante parameters benoemen;
uit de testresultaten conclusies trekken t.a.v. de belastbaarheid, de limiterende factoren, de diagnostische resultaten (klinische symptomen bij symptom limited testen);
op basis van o.a. de testresultaten, zorgvraag, persoonlijke achtergrond en persoonlijke (narratieve) gegevens de trainingsdoelen formuleren;
op basis van o.a. testresultaten en trainingsdoelen, een revalidatie-/trainingsprogramma opstellen met de gericht gekozen trainingsvariabelen (m.n. duur en intensiteit)
Didactische werkwijze
Hoorcollege, responsiecollege en casuïstiek. De masterclass heeft een interactief karakter en er wordt een actieve deelname van de cursist verwacht.
Docenten
mw. E.B. Avezaat, fysiotherapeut
drs. M.W.A. Jongert, inspanningsfysioloog
Cursusleiding
drs. M.W.A. Jongert, inspanningsfysioloog
Marleen (M.) Buruma, Nederlands Paramedisch Instituut