Kader
Psychisch lijden roept veel existentiële vragen op: waarom overkomt mij dit? Wat is de zin hiervan? Welke toekomst heb ik nog? Religieuze cliënten stellen deze vragen in de context van hun geloofsovertuiging: Waar is God? Waarom laat God dit toe? Is wat mij overkomt een straf van God?
Eleos is een christelijke ggz-instelling die werkt vanuit een herstelgeoriënteerde zorgvisie. Binnen deze visie is veel aandacht voor existentieel of persoonlijk herstel en de rol van zingeving (>>). Religie kan een bron van zingeving zijn, maar ook een bron van worstelingen en conflict (Ano & Vasconcelles, 2005; Weber & Pargament, 2014). Aandacht vanuit psychologisch perspectief voor de rol van religie binnen het herstelproces van psychiatrische patiënten is daarom essentieel voor goede zorgverlening. Tijdens dit congres ligt de focus op religieuze coping, wat omschreven kan worden als ‘a search for significance in relation to the sacred’ (Pargament) of als de manier waarop religie functioneert in het omgaan met moeilijke levensomstandigheden. Wanneer religie functioneert als bron van steun en aanpassing aan moeilijke levensomstandigheden, is sprake van positieve religieuze coping. Wanneer het een bron van spanning en twijfel is (‘religious struggle’), is sprake van negatieve religieuze coping (Stauner, Exline & Pargament, 2016). Het betrekken van religieuze of spirituele thema’s in diagnostiek en behandeling blijkt over het algemeen samen te gaan met een beter behandelresultaat bij cliënten voor wie religie belangrijk is (Weber & Pargament, 2014).
Inhoud programma:
Hoofdlezing (ochtend): Religieuze coping en klinisch en existentieel herstel (drs. A.E. Verhoeff-Korpershoek; drs. J. Hoekzema-Kruidhof).
In deze lezing komt aan de orde wat religieuze coping is en hoe het zich verhoudt tot psychopathologie, veerkracht en herstel. De stand van zaken van recente onderzoeksliteratuur wordt besproken. Ook de resultaten van eigen onderzoek (een RCT naar een online interventie gericht op religieuze coping) worden gepresenteerd. Implicaties voor diagnostiek en behandeling worden uitgewerkt. Hierbij komen verschillende therapeutische benaderingen aan de orde (waaronder CGT, schematherapie, ACT).
Middaglezing plenair:
Christelijk geloof en de omgang met lijden: implicaties voor behandeling en begeleiding (prof. dr. A. Huijgen, dr. J. Schaap-Jonker, O. Bottenblij (ervaringsdeskundige))
De christelijke traditie kent verschillende visies waarbinnen lijden betekenis kan krijgen. Lijden kan bijvoorbeeld gezien worden als leerschool of als straf van God. Deze verschillende visies kunnen als kerncognities ook in de hoofden van psychiatrische patiënten aanwezig zijn, fungeren als betekeniskader bij hun religieuze coping, en zo het herstel beïnvloeden. Daarom worden in deze lezing verschillende specifieke religieuze i.c. christelijke overtuigingen rond lijden, ziekte en herstel besproken en doordacht met het oog op behandeling en begeleiding. Hierbij komen concrete interventies aan de orde die passend zijn bij of voortkomen uit verschillende therapeutische benaderingen (waaronder CGT, schematherapie, ACT).
In de workshops staan allereerst de zorgprogramma’s Angst, Depressie, en Persoonlijkheidsstoornissen centraal, waarin een specifieke aanpak beschreven wordt (binnen bestaande therapeutische benaderingen en richtlijnen) van de behandeling en de zorg voor een specifieke patiëntengroep (in het geval van Eleos een religieuze patiëntengroep) met als doel het leren omgaan met de ziekte, voorkoming of uitstel van complicaties en/of van verergering van ziekte met behoud van optimale kwaliteit van leven’. Bij dat leren omgaan speelt religieuze coping een rol, en bij de optimale kwaliteit van leven gaat het ook om existentieel/ persoonlijk herstel. Daarnaast worden workshops aangeboden die focussen op specifieke aspecten van existentieel herstel. Zie overzicht.
Leerdoelen:
Deelnemers aan dit congres verwerven meer kennis van en inzicht in de functie van positieve en negatieve religieuze coping in de context van de pathologie en het herstelproces van psychiatrische patiënten; zij ontwikkelen hun attitude en vaardigheden om bijbehorende thema’s op gepaste wijze binnen de behandeling en begeleiding aan de orde te stellen;
Deelnemers verwerven meer kennis van specifieke religieuze overtuigingen van cliënten over ziekte en herstel en ontwikkelen de vaardigheden om deze binnen de gebruikte methodiek of vanuit het eigen therapeutisch kader aan de orde te stellen.
Deelnemers verwerven meer kennis van de inhoud van de Zorgprogramma’s Angst, Depressie, en Persoonlijkheidsstoornissen, inclusief de manieren waarop religie en religieuze coping op een verantwoorde wijze aandacht krijgen binnen deze programma’s en de bijbehorende behandelingen; zij doordenken de implicaties daarvan voor attitudes en vaardigheden van behandelaar, en ontwikkelen deze vaardigheden en attitude.
Deelnemers ontwikkelen de vaardigheden om geloofs- en zingevingsthema’s op een professionele manier aan de orde te stellen binnen de hulpverlening bij diverse vormen van psychopathologie en leren reflecteren op hun eigen rol als professional in relatie tot religieuze en ethische thema’s, alsook op hun handelingsmogelijkheden in situaties waarin religieuze of ethische waarden dan wel doelen van cliënten op gespannen voet staan met therapeutische doelen dan wel waarden.