Het nastreven van een goede glucoseregulatie en tegelijkertijd het voorkómen van hypoglycemieën en gewichtstoename is nog altijd een strijd voor veel type 2 diabetespatiënten en een uitdaging voor de behandelaar. Behandeling met GLP-1 RA kan helpen om een goede balans te vinden tussen deze drie items indien het onvoldoende lukt met bestaande therapie. Voor wie is de behandeling met GLP-1 RA geschikt? Wanneer in het therapeutisch proces kunnen deze middelen worden ingezet en is het ene middel beter dan de andere? Hoe effectief is GLP-1 RA therapie in vergelijking tot andere middelen?
Diabetes mellitus is op zichzelf een belangrijke cardiovasculaire risicofactor. Tot voor kort werd er echter geen relatie gevonden tussen een strikte glucoseregulatie en de reductie van cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit. De onverwachte gunstige uitkomst van een aantal cardiovasculaire outcome trials opgezet om de veiligheid van nieuwe glucoseverlagende middelen (o.a. SGLT2 remmers), te beoordelen, maakte veel los bij behandelaren. Wat zijn de voor- en nadelen van deze middelen, wanneer zetten wij deze middelen in in de dagelijkse klinische praktijk en kunnen wij een specifieke groep van diabetespatiënten identificeren die het meeste baat heeft van deze middelen?
De incidentie van diabetes type MODY (Maturity Onset Diabetes of the Young) ligt tussen de 3 en 5%. De diagnose kan genetisch worden vastgesteld, maar slechts een klein deel van hen wordt als zodanig herkend. Waarom wordt deze diagnose zo vaak gemist? Wanneer moeten wij denken aan deze vorm van diabetes? En waarom is het belangrijk om MODY te herkennen?
Tijdens het Diabetes Overleg zullen aan de hand van verschillende casuspresentaties deze onderwerpen de revue passeren en de deelnemers in de zaal zullen verschillende vragen voorgelegd krijgen over het diagnostisch traject en beleid. Een moderator toetst de suggesties uit de zaal en legt dit voor aan een panel van deskundigen.
Medisch congresbureau