De inhoud van de cursus ziet er als volgt uit:
- Excelleren als wijkverpleegkundige; hoe doe je dat?
- Expertisegebied wijkverpleegkundige en 'Normen indiceren en organiseren van verpleging en verzorging in de eigen omgeving als uitgangspunt'.
- Klinisch (verpleegkundig) redeneren
- zelfmanagement/zelfregie
- hoogcomplexe zorg in de wijk (multipathologie en multiproblematiek, multiculturele problematiek)
- preventie (vroegsignalering) en (groeps) voorlichting
- integrale zorg aan (dementerende) ouderen, terminaal zieken, moeilijk toegankelijke groepen, allochtonen, (overbelaste) mantelzorgers en aan chronisch zieken (patiënten met diabetes mellitus, hart- en vaataandoeningen)
- samenwerken, sociale kaart wonen/zorg en welzijn, wijkscan, positionering, effectieve communicatie
- kwaliteitszorg, financiële kaders

2. Leerdoelen van de leergang

De leergang is bestemd voor hbo opgeleide Wijkverpleegkundigen die behoefte hebben aan training om de “nieuwe” functie van (wijk)verpleegkundige (in de wijk) vorm te geven. Ook niveau 4 opgeleide verpleegkundigen in de wijk die het voortraject Excellerende wijkverpleging hebben gevolgd, kunnen deelnemen.

De cursus is gebaseerd op Expertisegebied wijkverpleging, Normen indiceren en organiseren van V&V in de eigen omgeving

Deelnemende (wijk)verpleegkundigen (in de wijk) worden zodanig opgeleid dat zij:
• integrale zorg kunnen geven aan mensen met diverse etnische achtergrond met multiproblematiek en/of multipathologie;
• integrale zorg kunnen geven aan terminale patiënten, kankerpatiënten, ouderen, mensen met een psychogeriatrische ziekte, mensen met hart- en vaatziekten, Diabetes mellitus, astma/COPD en mensen die wondzorg nodig hebben;
• preventief (inclusief vroegsignalering) kunnen werken op patiënt- en buurtniveau;
• bekwaam zijn in het voeren van een ‘Veranderdialoog’;
• bekwaam zijn in het werken met moeilijk toegankelijke groepen;
• bekwaam zijn in het samenwerken met het tandem POH en huisarts;
• bekwaam zijn in buurtgericht werken en werken in grote samenwerkingsverbanden.

Binnen de cursus wordt gewerkt met een aantal leerlijnen.
In de theoretische leerlijn staat kennisoverdracht en vaardigheidstraining centraal op de cursusdagen.
In de integrale leerlijn staat de praktijkopdrachten centraal die de cursist maakt ter voorbereiding op bijeenkomsten en het toepassen van het geleerde in de praktijk.
In de individuele leerlijn staat de persoonlijke competentieontwikkeling van de cursisten centraal. De cursisten doen op basis van de competentiemeter (deel 1 en 2) een zelfbeoordeling en formuleren persoonlijke leerdoelen in een zelf opgesteld leerplan, de eerste intervisie bijeenkomst volgt een toelichting. Tijdens de intervisiebijeenkomsten wordt tijd ingeruimd om met een leercoach en mede-cursisten te kijken hoe het (individueel) leerplan verloopt.