Met de komst van het Alternatief DSM-5 model persoonlijkheidsstoornissen (opgenomen in deel III van de DSM-5) is er een belangwekkende ernstmaat voor persoonlijkheidsproblematiek geïntroduceerd. Deze is zowel bedoeld voor de klinische praktijk als voor wetenschappelijk onderzoek. Meer nog dan de aard (type, trekken) blijkt de ernst van persoonlijkheidsproblematiek immers een belangrijke voorspeller van de prognose, en speelt deze een grote rol bij de indicatiestelling voor een meer psychotherapeutisch of meer op herstelgericht behandelaanbod.
In het Podium DSM-5 van het landelijke Kenniscentrum persoonlijkheidsstoornissen is een semigestructureerd interview ontworpen om de vier elementen en 12 aspecten van het Zelf en Interpersoonlijk functioneren van het Niveau van persoonlijkheidsfunctioneren systematisch in kaart te kunnen brengen. Dit Semi-gestructureerde interview van Persoonlijkheidsfunctioneren (STiP-5.1) wordt in de Richtlijn psychiatrisch onderzoek (NVvP, 2015) en in de Zorgstandaard persoonlijkheidsstoornissen (NKO, 2017)genoemd als veelbelovend instrument.
In deze 52ste PePsbijeenkomst bieden Theo Ingenhoven (psychiater) en Han Berghuis (klinisch psycholoog) een eendaagse introductie-training in de STiP-5.1. Bovendien plaatsen zij het gebruik van dit instrument in een perspectief ten opzichte van andere diagnostische methoden, interviews en vragenlijsten. Na deze dag is de basis gelegd en kunt u met de STiP-5.1 aan de slag, en maakt u zelf middels intervisie of supervisie het instrument u verder eigen.