Deze praktische cursus is gericht op het evidence based logopedisch handelen bij kinderen met taalontwikkelingsstoornissen (TOS) met een taalniveau van 2 tot 6 jaar. Het gaat dus om kinderen met een TOS in de meerwoordfase of de differentiatiefase.Centraal staat communicatieve taaltherapie, waarbij de spelsituatie het uitgangspunt is om de communicatieve mogelijkheden van kinderen met TOS uit te breiden door het stimuleren van woordenschat, morfosyntaxis, conversatievaardigheden en vertelvaardigheden. U past het geleerde direct toe op een casus uit uw eigen beroepspraktijk.
In de cursus komen de volgende onderwerpen aan bod:- normale taalontwikkeling van 2 tot 6 jaar- klacht, anamnese, onderzoeksplan, onderzoek, diagnose en klinisch redeneren rond de diagnose, met gebruik van ICF-terminologie- behandelplan opstellen voor een kind met een (complexe) taalstoornis met SMART-doelen gericht op het verminderen van de stoornis en het verbeteren van communicatie en participatie- behandeling van kinderen met pragmatische problemen- uitbreiden van de woordenschat- behandeling gericht op syntaxis en morfologie- het begrijpen en/of uitdrukken van taal-denkrelaties- het begrijpen en/of vertellen van verhalen- samenwerken met de ouders, samenwerken met andere disciplines- zoeken naar relevante bronnen in de literatuur
De cursus biedt een goede mix van theorie en praktijk en is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten en ‘best practices’. Een belangrijke bron is de recent gepubliceerde richtlijn ‘Logopedie bij taalontwikkelingsstoornissen’. De theorie wordt geïllustreerd aan de hand van videofragmenten en casuïstiek, met uitleg van de docent en veel aandacht voor recente ontwikkelingen.De cursisten oefenen met communicatieve taaltherapie aan de hand van een zelf ingebrachte casus, waar zij persoonlijke feedback op krijgen. Behalve een casus is het ook mogelijk tijdens de cursus een ander beroepsproduct met betrekking tot taalontwikkelingsstoornissen uit te werken.
Leerdoelen:
- De cursist kan onderzoek plannen, en op basis van de onderzoeksresultaten een differentiaaldiagnose stellen bij een kind met een vermoedelijke taalstoornis met een talige leeftijd tussen 2;3 en 6 jaar.- Bij de interpretatie van de onderzoeksresultaten sluit de cursist o.a. aan bij actuele kennis betreffende de normale taalontwikkeling, en bij recente inzichten betreffende de aard van (specifieke) taalontwikkelingsstoornissen.- De cursist kan aansluitend een verantwoord handelingsplan opstellen en de invloed van interne en externe factoren op de mogelijke taalstoornis meewegen. De cursist kent het belang van multidisciplinair onderzoek en multidisciplinaire aanpak van kinderen met problemen in de taalontwikkeling- De cursist kan een logopedisch behandelplan opstellen voor een kind met een taalontwikkelingsstoornis met een talige leeftijd tussen 2;3 en 6 jaar, waarbij de keuze en prioritering van de behandeldoelen onderbouwd worden met kennis- en inzicht argumenten. Kennis en inzicht betreffen zowel de casus zelf, als de normale taalontwikkeling, als relevante feiten over de taalverwerving / taaltherapie bij kinderen met TOS.- De cursist voert de behandeling op adequate wijze uit, en gebruikt daarbij communicatieve taaltherapie, die zowel gericht is op de stoornis (woordenschat, morfosyntaxis, pragmatiek, vertelvaardigheid) als op de communicatieve beperking die het kind ervaart in het contact met zijn directe omgeving.- De cursist toetst haar eigen handelen aan evidentie, verkregen door middel van wetenschappelijk onderzoek, casuïstiekbeschrijvingen en therapeutische consensus
Postinitieel / postHBO onderwijs Logopedie Hogeschool Utrecht