Professionals aan het roer! Over klinisch leiderschap in de GGZ. Sinds de invoering van het Kwaliteitsstatuut beschikt elke GGZ instelling over een helder kader dat de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de betrokken zorgverleners en hun onderlinge verhoudingen regelt. En dit zodanig dat de autonomie en regie van de cliënt zoveel mogelijk wordt gestimuleerd en de kwaliteit en de doelmatigheid van de zorgverlening inzichtelijk en toetsbaar zijn. Het Kwaliteitsstatuut voorziet in een coördinerende rol voor de regiebehandelaar. Deze professional draagt de verantwoordelijkheid voor het integraliteit van het behandelproces binnen een context van krimpende budgetten en een wijzigend zorgstelsel. Daarnaast is hij/zij voor alle betrokkenen, inclusief de cliënt en diens naasten, het centrale aanspreekpunt. Het volstaat al lang niet meer dat de regiebehandelaar een vakbekwame professional is. Er wordt een beroep gedaan op kennis en inzicht in de context waarin het vaak toch al complexe werk wordt vormgegeven en uitgevoerd. Dit noemt men klinisch leiderschap. We staan stil bij hoe regiebehandelaars deze taak tot een goed einde kunnen brengen. En welke rol managers en andere zorgverleners in het team daarbij kunnen spelen. Het leerdoel van deze lezing is professionals en managers laten reflecteren over hoe ze kunnen samenwerken om de juiste balans tussen effectiviteit van de behandeling en de kosten te vinden. Regiebehandelaars en andere zorgverleners laten nadenken hoe ze, in overleg met de cliënt en diens naasten, de behandeling kunnen kiezen die passend is bij de persoonlijke doelen van de cliënt. Voor de huidige GGZ is het een uitdaging om kwaliteit te blijven bieden binnen veranderende financiële en politieke kaders. Klinisch leiderschap is nodig om deze uitdaging het hoofd te bieden.
Geestelijke Gezondheidszorg