De wet BIG heeft onderscheid gemaakt tussen beroepsbeoefenaren die zelfstandig bevoegd zijn (arts, tandarts en verloskundige) en die niet zelfstandig bevoegd zijn (verpleegkundigen, verzorgenden en radiodiagnostisch laboranten).
Deze niet zelfstandig bevoegde beroepsbeoefenaren stellen niet zelf de indicatie, maar handelen altijd in opdracht van de arts, tandarts of verloskundige.
Door middel van het aanbieden van kennis en het praktisch oefenen m.b.t. het intraveneus toedienen van medicatie wordt en blijft de ZGT verpleegkundige bekwaam.

Doelen:

De niet-zelfstandig bevoegde beroepsbeoefenaar toont zich bekwaam in het toedienen van intraveneuze medicatie volgens de protocollen in de ZGT.

De niet-zelfstandig bevoegde beroepsbeoefenaar toont zich bekwaam in het hanteren van infuustechnologie. En kent de kwaliteitseisen voor medische techniek zoals deze binnen het ZGT zijn opgesteld.