Epidemiologie van kanker

• Kan  de endogene + exogene factoren benoemen die van invloed zijn op het ontstaan van kanker.
• Kan uitleggen wat het verschil is tussen normale en abnormale celdeling
• Kan aangeven  wat het verschil is tussen een goedaardige en kwaadaardige tumor.
• Kan de indeling van de verschillende soorten tumoren beschrijven.

Diagnostiek

• Kan benoemen welke diagnostiek er gedaan wordt om een diagnose kanker te stellen
  • lichamelijk onderzoek en anamnese
  • laboratoriumonderzoek
  • weefselonderzoek

Behandelingsmogelijkheden

• Chirurgie
  • Kan de algemene principes van chirurgische behandeling bij kanker beschrijven
  • Kan minimaal 5 toepassingsgebieden van chirurgische behandeling van kanker uitleggen:
    • diagnostische en stageringschirurgie
    • curatieve chirurgie
    • palliatieve chirurgie
    • restauratieve chirurgie
    • combinatiechirurgie
• Radiotherapie
  • Kan de toepassingen van in- en uitwendige bestraling benoemen;
  • Kan de risicofactoren verwoorden die het werken met ioniserende straling met zich mee brengt;
  • Kan motiveren op welke wijze voorlichting wordt gegeven aan de zorgvrager over de gevolgen van de bestraling
  • Kan beargumenteren welke verpleegkundige interventies worden toepast bij (mogelijke) bijwerkingen.

• Medicamenteuze behandeling van kanker
  • Kan de medicamenteuze interventiemogelijkheden bij een zorgvrager met een oncologische aandoening benoemen.
    • basisprincipes:
    • chemotherapie
    • hormonale therapie
    • immunotherapie
    • toepassingsmogelijkheden:
    • voor en nabehandeling
    • combinaties van medicinale therapie
    • indicaties (curatie, palliatie, adjuvante)
    • bijwerkingen en complicaties
    • oorzaken  van bijwerkingen
    • soorten bijwerkingen

Prognose:

• globaal overzicht van de ontwikkelingen in de behandeling van oncologie.
  • immunotherapie
  • hormonale therapie
  • interferonen
  • groeifactoren
  • vaccineren
  • De consequenties daarvan voor de patiënt en verpleegkundige

Pijn bij kanker

• Kan de oorzaken en gevolgen van pijn bij kanker uitleggen.
• Welke soorten pijn zijn er.
• Welke mogelijkheden van pijnbehandeling zijn er
• Afnemen van pijnanamnese
• Factoren die de pijnbeleving beïnvloeden
• Kan uitleggen welke methodieken gevolgd worden bij het voorschrijven van pijnmedicatie.

Voeding bij kanker

• Kan aangeven welke specifieke rol voeding inneemt bij een zorgvrager met kanker
• Kan verbanden leggen tussen voeding in relatie tot de bijwerkingen in de behandeling van kanker
• Relatie tussen voeding en kanker
• Voedingsproblematiek bij oncologische patiënten
• Alternatieve voeding
• Evt. ongewilde gewichtstoename (medicamenteus of doorschieten van voedingsadviezen, waardoor uiteindelijk weer ontstaan van andere ziektes zoals DM, hypertensie, hoog cholesterol ).

Psychosociale begeleiding

• Kan na de les omschrijven welke reacties een zorgvrager kan vertonen als de diagnose kanker is medegedeeld.
• Kan verwoorden hoe emoties bij een zorgvrager worden herkend en kan beargumenteren welke maatregelen genomen worden om de angst te verminderen
• Is op de hoogte van aanwezige hulpmiddelen om psychosociale draaglast in kaart te brengen
• Is op de hoogte van verschillende instanties/ instellingen waar een zorgvrager met kanker terecht kan voor ondersteuning

Specifieke verpleegproblemen bij de oncologische zorgvrager en verpleegkundige interventies.

• Is op de hoogte van verschillende bijwerkingen van de behandeling van kanker;
  • Voeding
  • Misselijkheid en braken
  • Mucositis
  • Invloed van chemotherapie op het beenmerg
  • Vermoeidheid
  • Invloed op de organen (bijv. cardiotoxiciteit)