Opleidingen details School voor Manuele Therapie Utrecht
Manueel therapeutische behandeltechnieken bij nekklachten en brachialgie (ID nummer: 308592)
Scholing met (fysieke) bijeenkomst(en)/ accreditatie voor totaal
CategorieGeaccrediteerde puntenAccreditatieperiode
Oefentherapeuten - Scholing 461-10-2019 t/m 1-10-2023
Als u als professional deze cursus gevolgd heeft dan wordt de presentie in principe ingegeven door de opleider. U kunt echter zelf ook presentie invoeren.

Competentiegebieden uit het BCP Fysiotherapie is de leidraad voor de leerdoelen:
Lees oefentherapie waar voor u van toepassing.

Tijdens deze meerdaagse cursus verdiepen cursisten zich in de theoretische kennis en praktische vaardigheden rondom fysio- en manueel therapeutische handelingen (screening-, diagnostiek en behandeling  volgens de principes van EBP) bij patiënten met nekklachten en brachialgie. De fysiotherapeutische richtlijnen KANS (Heemskerk, 2010) en nekpijn (Bier, 2016) en de flowchart: Klinisch redeneerproces van de manueeltherapeut bij een patiënt met hoofdpijn en/of nekpijn en de  vormen de leidraad van de cursus.

Daarnaast nemen cursisten kennis van de nieuwste inzichten over kinematica van de cervicale   wervelkolom. Het ontstaan van nekklachten en brachialgie wordt gerelateerd aan de vorm en bewegingsfunctie van deze gewrichten. In het bijzonder wordt aandacht besteed aan de rol van de hoog cervicale wervels. De diagnostiek (door medisch specialist en fysiotherapeut) bij radiculaire - en niet-radiculaire klachten wordt toegelicht.

Door het inbrengen en verwerken van (eigen) casuïstiek krijgen deelnemers een helder beeld van hoe de manuele handgrepen kunnen worden toegepast binnen de eigen manuele en fysiotherapiepraktijk. Daarbij staat het combineren van actieve oefenvormen en passieve gewrichtsmobilisaties op de voorgrond.

Deze cursus manuele therapie voor fysio- en manueeltherapeuten draagt bij aan het doorgeven van kennis en kunde met betrekking tot visies en behandelmogelijkheden van manuele therapie aan fysiotherapeuten manueeltherapeuten.

De cursus speelt in op de ontwikkelingen in de gezondheidszorg waarbij de zorgverlener professionaliseert , zijn kennis en vaardigheden uitbreidt en multidisciplinaire samenwerking aangaat.

De cursist ontwikkelt zich verder in de beroepsrol “Zorgaanbieder” en “Professional”.

Leerdoelen

Betreffende (functionele) anatomie
- de deelnemer past de gedoceerde  gegevens uit de anatomie van de cervicale regio toe bij hetuitvoeren van behandeltechnieken van de cervicale wervelkolom

Betreffende klinisch redeneren (screening / diagnostisch proces))
- de deelnemer hanteert de KNGF-richtlijn nekpijn (gradatie van nekpijn / diagnostisch proces meetinstrumenten en behandelprofielen bij nekpijn) en past deze toe bij het opstellen en    interpreteren van een casus van een patiënt met nekklachten;
- de deelnemer verzamelt en interpreteert gegevens, zodat hij in het screenings-, diagnostische en therapeutische proces volgens de principes van EBP beslissingen neemt binnen de grenzen van het beroep;
- de deelnemer kent de gele – en rode vlaggen bij klachten in de cervicale regio;
- de deelnemer kiest en legitimeert meetinstrumenten voor het inventariseren en het analyseren van het (potentiële) gezondheidsprobleem van de cliënt en past deze toe;
- de deelnemer kent de psychometrische eigenschappen van (bewegings)onderzoek bij patiënten met nekklachten en brachialgie;
- de deelnemers formuleert initiële hypothesen op basis van anamnese-gegevens van een patiënt met nekklachten en/of brachialgie en verwerkt deze tot een waarschijnlijkheidsdiagnose in een proces van klinisch redeneren;
- de deelnemer past patroonherkenning toe bij radiculaire en niet-radiculaire cervicale klachten;
- de deelnemer kent de psychometrische eigenschappen van neurologisch onderzoek (o.a. de ULTT- test, sensibiliteitsonderzoek en reflexen) en de waarde van anamnese en lichamelijk onderzoek bij de patiënt waarbij het vermoeden bestaat van (cervicale) radiculaire klachten;
- de deelnemer formuleert in welke gevallen doorverwijzing naar de huisarts / neuroloog geïndiceerd is;
- de deelnemer neemt, op basis van kennis uit het fysiotherapeutisch domein, een besluit over indicatiestelling of contra-indicatiestelling voor fysiotherapeutisch hulpverlenen.

Betreffende manueeltherapeutische behandeltechnieken (therapeutisch handelen)
- de deelnemer hanteert de nomenclatuur van de manuele therapie bij bewegingsbeschrijvingen in de gewrichten van de cervicale wervelkolom;
- de deelnemer geeft de driedimensionale bewegingsbeschrijvingen binnen de cervicale wervelkolom aan de hand van de ligging van deelmassa’s;
- de deelnemer voert de analyse uit volgens protocol om het individuele functiemodel te bepalen bij een mededeelnemer;
- de deelnemer voert behandeltechnieken uit van (de gewrichten van) de cervicale wervelkolom, in  alle mogelijke driedimensionale bewegingscombinaties, conform de protocollen en overeenkomstig de gegevens uit de analyse en de functionele anatomie;- de deelnemer geeft het theoretisch kader weer van de interpretatie van voorkeursbewegingen en vertaalt voorkeursbewegingen bij een proefpersoon naar de ligging van deelmassa’s;
- de deelnemer geeft osteokinematische en artrokinematische bewegingsbeschrijvingen van de behandeling van cervicale wervelkolom, naar aanleiding van de analyse

Betreffende Functionele Morfologie
- de deelnemer kent recente onderzoeksgegevens over het dynamische gedrag van het myelum in de canalis vertebralis cervicalis en past deze toe in het ontwerpen van een behandelstrategie bij patiënten waarbij het vermoeden bestaat van cervicale radiculaire klachten;
- de deelnemer zet klinische onzekerheid met betrekking tot de fysiotherapeutische diagnostiek om in vraagstellingen naar algemeen geaccepteerde kennis en kennis die nog in ontwikkeling is.

Betreffende Biomechanica
- de deelnemer hanteert de begrippen evolute, centrode, momentaan rotatiecentrum, evolvente,, hoekstandverandering, gemiddeld draaipunt en middelloodlijnconstructie;
- de deelnemer hanteert de artrokinematische bewegingsbeschrijvingen rol, schuif, schommel, glij en tol en kan deze in een tekening weergeven;
- de deelnemer maakt bewegingsanalysen van biconvexe gewrichten en geeft de begrenzingen weer van de ligging van bewegingsassen in deze gewrichten.

 

 

 

 

BeroepsgroepBeroepsorganisatie
Accreditatiebureau fysiotherapieFysiotherapie portaal
Keurmerk Fysiotherapie therapeutenregisterFysiotherapie portaal
KwaliteitsRegister FysiotherapieFysiotherapie portaal
Oefentherapeuten Cesar en MensendieckStichting Kwaliteitsregister Paramedici
Cursus
 NVvP - Podotherapeuten
 VvOCM - Oefentherapeuten Cesar / Oefentherapeuten Mensendieck
Competentiegebieden uit het BCP Fysiotherapie is de leidraad voor de leerdoelen:
Lees oefentherapie waar voor u van toepassing.

- Fysiotherapie biedt behandeling bij het herstel en het ontwikkelen van het optimale bewegen, bij
behoud en bij achteruitgang. Fysiotherapeuten komen via een proces van klinisch redeneren tot een specifiek
fysiotherapeutische diagnose, op basis waarvan therapeutische en/of preventieve
interventies worden bepaald en uitgevoerd.
De fysiotherapeut onderbouwt zijn handelen mede met kennis uit de (bio)medische wetenschap,de bewegings- en de
gedragswetenschappen.
- Voor een optimale samenwerking met andere gezondheidszorgprofessionals maakt het vakgebied gebruik van de door de World
Health Organization (WHO) ontwikkelde ICF.
- De fysiotherapeut richt zich bij de behandeling niet primair op ziekte en zorg. Hij stimuleert
beweeggedrag dat de gezondheid positief beïnvloedt en ondersteunt de cliënt in het uitvoeren van
activiteiten.
- De fysiotherapeut bepaalt of er wel of geen indicatie voor fysiotherapie is en of hij competent is om
aan de cliënt de gewenste hulp te bieden. Indien de cliënt naast fysiotherapie (ook) andere hulp
nodig heeft, verwijst de fysiotherapeut de cliënt terug naar de verwijzer of, indien de cliënt zonder
verwijzing is gekomen, adviseert de fysiotherapeut de cliënt een andere zorgverlener of een
gespecialiseerde fysiotherapeut te consulteren.
- Onderzoek met betrekking tot de fysiotherapie richt zich enerzijds op (mechanismen van) schade en herstel aan het
bewegingsapparaat, aansturing van het bewegingsapparaat, het bewegend
functioneren en participeren en op comorbiditeiten die het bewegen beïnvloeden.
- De fysiotherapeut handelt conform de kenmerken van Evidence Based Practice (EBP).
Voor het begrijpen, herkennen en toepassen van EBP is klinisch redeneren noodzakelijk. Klinisch
redeneren omvat de mentale processen van verzamelen, wegen, prioriteren, interpreteren en
structureren van de informatie door de fysiotherapeut, waarmee deze een probleem met bewegen
kritisch kan verhelderen, helpen oplossen en de resultaten evalueren.

- Screeningsproces: waarin door middel van een gerichte anamnese, eventueel aangevuld met
lichamelijk onderzoek, besloten wordt of het gepresenteerde gezondheidsprobleem binnen of
buiten het beroepsdomein van de fysiotherapie valt.

- Diagnostisch proces: waarin de fysiotherapeut op methodische wijze het probleem met bewegen
van de cliënt inventariseert en analyseert en relateert aan de hulpvraag van de cliënt. Dit proces
leidt tot het formuleren van een voor de cliënt gewenst en haalbaar behandelplan met expliciete
doelen, of tot een door- of terugverwijzing van de cliënt.

- Verrichtingen:
- testen, meten en analyseren;
- formuleren van de fysiotherapeutische diagnose;
- begeleiden;
- toepassen van manuele verrichtingen;
- communiceren met anderen ten behoeve van de cliënt.
Bestand  
programma.docx17-5-2019 14:0617 KB
Paul van de Meer, Fysiotherapeut/Manueel Therapeut; docent DAM opleiding; gastdocent School voor Manuele Therapie Utrecht
Huco Leopold MMT,docent manuele therapie SMTU / Avansplus; manueeltherapeut Utrechtse School, oefentherapeut, manueeltherapeut
Pieter Akkerman, docent manuele therapie SMTU / Avansplus; manueeltherapeut Utrechtse School, oefentherapeut, manueeltherapeut.
Harry Oonk, Docent biomechanica opleiding bewegingstechnologie, gastdocent Manuele Therapie.
Floris Eising, docent manuele therapie SMTU / Avansplus; manueeltherapeut Utrechtse School, manueeltherapeut.
Frank van Glabbeek, docent manuele therapie SMTU / Avansplus; manueeltherapeut Utrechtse School, manueeltherapeut.
33
13
1399
Cursusgeld is inclusief koffie, thee, eenvoudige lunch
Tijd10:30 - 17:30
LocatieBilthoven (NL) (Toon kaart)
OpmerkingenDit betreft een zesdaagse scholing met cursusdagen op 27, 28 mei, 10, 11 juni, 1 en 2 juli 2021

Tijd10:30 - 17:30
LocatieBilthoven (NL) (Toon kaart)
OpmerkingenDit betreft een zesdaagse scholing met cursusdagen op : 24, 25 maart, 7, 8 april, 12 en 13 mei 2020

Tijd9:30 - 16:30
LocatieBilthoven (NL) (Toon kaart)
OpmerkingenDit betreft een zesdaagse cursus op de data; 1, 2 oktober, 12 , 13 november, 3 en 4 december 2019

De school geeft les in Manuele therapie van der Bijl op master niveau en bachelor niveau. Het is een post-HBO opleidingen voor paramedisci.

P C Staalweg 50
3721 TJ
Bilthoven
06 20 16 34 21