De artsen hebben in toenemende mate te maken met grote en kleine veranderingen die zij op de werkvloer willen en soms moeten doorvoeren. Dit kunnen ze meestal niet alleen, daar hebben ze hun collega’s bij nodig (collega artsen, verpleegkundigen, teamleiders, secretaresses etc.), zij moeten mee in de verandering. Deze veranderingen komen voort uit veranderende wet- en regelgeving, verbeterde methoden en procedures, nieuwe inzichten, nieuwe samenwerkingen, zoals een fusie tussen ziekenhuizen of de invoering van een nieuw EPD/ZIS. Dit levert bij hun collega’s diverse soorten weerstand op als de verandering niet goed wordt geïmplementeerd. Om hun werk goed uit te kunnen voeren en de verandering effectief en efficiënt te doorlopen is het nodig dat de arts de juiste fasen te doorloopt, collega’s meeneemt in de verandering, de soorten weerstand te herkent en de juiste maatregelen treft passend bij de soort weerstand. Hiermee wordt de arts in staat gesteld zijn/ haar werk beter uit te kunnen voeren, verbeteringen door te voeren en verliest hij of zij hiermee niet onnodig veel tijd en energie. Indien de arts bijvoorbeeld een nieuwe werkwijze (behandelprotocol) wil invoeren, dan is het niet alleen nodig om de noodzaak uit te leggen, maar ook gelegenheid te bieden om de competenties te ontwikkelen door de collega, de middelen te faciliteren om het uit te kunnen voeren etc. . Indien de arts de verschillende fasen kent en kan doorlopen gaat de verandering soepel. Indien nodig kan hij of zij de weerstand herkennen en bijschaven. De kwaliteit van het werk verbetert hierdoor. We zullen een aantal praktijksituaties behandelen aan de hand van de geleerde theorie.
Tijdens de training krijgen de deelnemers:
CQT Zorg & Gezondheid met onderdeel Q-Academie: opleiding-training-coaching, website www.qacademie.nl