Deze module is onderdeel van het curriculum van de opleiding aan de School voor manuele therapie Utrecht. Het curriculum wordt vanaf 2016 in losse modules aangeboden. De losse modules zijn door paramedische therapeuten met een post-HBO diploma anatomie, pathologie en fysiologie goed te volgen.
De lesonderdelen zijn gegroepeerd rond klachtenbeelden. In iedere module is veel aandacht voor praktijk (onderzoek, analyse, behandeltechnieken), en de theorie van de kinematica (bewegingsgedrag van gewrichten) en het klinisch redeneren bij klachten. Ook de mechanische samenhang tussen gewrichten in een bewegingsketen komt aan de orde. Klachten worden behandeld in de vorm van praktijkcasussen. Hiermee wordt het werkveld van de deelnemer betrokken in het onderwijs.
In deze module ’Manueeltherapeutische behandeltechnieken bij lage rug en heupklachten’ worden de zachte behandeltechnieken aan de gewrichten van de lumbale wervelkolom, het bekken en de heup behandeld. Ook is er aandacht voor theorie, onderzoeken en klinisch redeneren bij al dan niet radiculaire klachten en recente onderzoeksgegevens over herstelgedrag van de discus intervertebralis.
Doel nascholing
Na het doorlopen van deze meerdaagse cursus kunnen de cursisten kennis en praktische vaardigheden rondom manueel therapeutische handelingen (screening-, diagnostiek en behandeling volgens de principes van EBP) bij patiënten met lage-rugklachten in de LWK, bekken en heupregio beredeneren en toepassen in het eigen werkveld.
Inhoud
De cursisten nemen kennis van de nieuwste inzichten over kinematica van de lumbale wervelkolom, het bekken en de heup. In het bijzonder wordt aandacht besteed aan de rol van de discus intervertebralis bij radiculaire klachtenbeelden. De diagnostiek (door medisch specialist en fysiotherapeut) bij radiculaire - en niet-radiculaire klachten wordt toegelicht. Het begrip ’lage rug’ wordt breed opgevat: als lumbale wervelkolom, bekken en heupen. Het ontstaan van lage-rugklachten wordt gerelateerd aan de vorm en bewegingsfunctie van deze gewrichten. De fysiotherapeutische richtlijn lage rugpijn uit 2013 vormt de leidraad van de cursus.
Door het inbrengen en verwerken van (eigen) casuïstiek krijgen deelnemers een helder beeld van hoe de manuele handgrepen kunnen worden toegepast binnen de eigen praktijk. Daarbij staat het combineren van actieve oefenvormen en passieve gewrichtsmobilisaties op de voorgrond.
De cursus manuele therapie draagt bij aan het doorgeven van kennis en kunde met betrekking tot visies en behandelmogelijkheden van manuele therapie.
De cursus speelt in op de ontwikkelingen in de gezondheidszorg waarbij de zorgverlener professionaliseert, zijn kennis en vaardigheden uitbreidt en multidisciplinaire samenwerking aangaat.
De cursist ontwikkelt zich verder in de beroepsrol “Zorgaanbieder” en “Professional”.
De school geeft les in Manuele therapie van der Bijl op master niveau en bachelor niveau. Het is een post-HBO opleidingen voor paramedisci.