Verpleegkundige zorg wordt steeds complexer. Dit komt onder andere door demografische veranderingen, toename van het aantal chronisch zien, complexe behandelingen en steeds hogere kwaliteitseisen. Complexe zorg vindt tegenwoordig niet alleen plaats op speciaal daarvoor ingerichte afdelingen, zoals medium care’s of stroke units. Ook op verpleegafdelingen chirurgie, interne geneeskunde en oncologie komt deze zorg steeds vaker voor. Ziekenhuizen geven vaak op eigen wijze inhoud aan zo’n ‘zware zorg' afdeling: hoe die is ingericht wat betreft apparatuur, bouw, processen en personeel. Complexe zorg kan alleen geboden worden als de verpleegkundige:• de gezondheidssituatie van de patiënt systematisch kan beoordelen,• hierover duidelijk kan communiceren,• waar nodig adequaat kan handelen.
Doelen in deze nascholing
- Adequate klinische oordeelsvorming en redenering over de actuele gezondheidssituatie van een patiënt kunnen uitvoeren
- Duidelijk kunnen communiceren over de gezondheidssituatie van een patiënt
- Bepaalde interventies voor het ondersteunen van vitale orgaanfuncties kennen en kunnen uitvoeren
- Spoedeisende handelingen kunnen uitvoeren om bij klinische verslechtering adequate zorg te kunnen bieden.
Onderwerpen in de nascholing
- Kennis van vitale orgaansystemen
- Methodische klinische oordeelsvorming
- Klinisch redeneren
- Methodisch bewaken
- Interventies ter ondersteuning van vitale orgaansystemen
- Professionele communicatie
- Daarnaast voor het bewakingsprogramma: enige kennis van ECG, hartritme, transcutaan gemeten zuurstofsaturatie, zuur-base evenwicht
Wenckebach Instituut voor Onderwijs en Opleiden UMCG