Wanneer je reanimeert en daarbij ook de AED gebruikt, heeft het slachtoffer een (nog) grotere overlevingskans.Tegenwoordig zie je steeds vaker AED's in jouw omgeving. Bijvoorbeeld op openbare plekken, zoals in winkelcentra, stations, gemeentehuizen, theaters, bioscopen, maar ook in de woonomgeving, binnen bedrijven en bij evenementen. Met de komst van de AED is het voor omstanders mogelijk snel en adequaat te reageren.
De AED kan onderscheid maken tussen hartritmestoornissen waarbij een defibrillatorschok moet worden toegediend en ritmes waarbij dit beslist niet mag. Nog voordat de ambulance ter plaatse is, kan men al beginnen met defibrilleren. Snel starten met reanimatie (beademen en hartmassage) en het gebruik van een AED-apparaat vergroot het overlevingspercentage aanzienlijk.
Leerdoelen:De deelnemer kent:• de AED- en BLS-reanimatierichtlijnen en de relevantie voor zijn/haar taak als hulpverlener.
De deelnemer kan:• deze reanimatievaardigheden adequaat uitvoeren.• kan elke AED op snelle, veilige en efficiënte wijze bedienen.
IA06-250